Bijen geplaatst in Rotterdamse haven

17 July 2018, 17:08 uur
Algemeen
mainImage
Digitaal Dagblad
Afbeelding is niet meer beschikbaar

De bij is terug van weggeweest. Althans, in de Rotterdamse haven. In het gebied van het project 'Honey Highway', heeft het Havenbedrijf Rotterdam een zwerm bijen laten plaatsen op de Maasvlakte, in de berm bij het Stenen Baakplein. Naar verwachting zullen straks in dit deel van de Honey Highway straks tienduizenden bijen stuifmeel en nectar verzamelen. Het doel van dit initiatief is om de populatie te behouden en weer op peil brengen van de originele Nederlandse honingbij in deze regio. De Honey Highway staat momenteel in volle bloei, dus de huidige populatie kan daar mooi mee aan de gang gaan.

De bloemen zijn vorig jaar gezaaid door basisschoolkinderen uit Brielle. Voor de automobilisten van de A15 is het momenteel genieten geblazen. Zij kunnen de prachtige partij bloemen en de bestuivers aanschouwen aan de ene kant, en aan de andere kant een bloemenbed van teunisbloemen en slangenkruid. Dit bloemenbed strekt zich kilometerslang uit langs de snelweg en is hier spontaan opgekomen.

“Deze bloemenzee past in ons beleid dat erop gericht is de haven duurzaam te ontwikkelen. Met speciale aandacht en extra ruimte voor de bij”, aldus Ronald Paul, COO van het Havenbedrijf.

Nooit eerder heeft een bedrijf een heuse bijenkolonie in het havengebied geplaatst. Imker Anne Bac uit Oostvoorne zal zorg voor de beestjes dragen. Zij doet dit op een speciale manier. Namelijk op een 'biodynamische' wijze van imkeren, om een sterke bijensoort te creëren. In juli zal Anne Bac rondleidingen verzorgen voor mensen uit Oostevoorne en Brielle, en de medewerkers van de havenbedrijven.

“En dat is nodig en leuk”, aldus Deborah Post, initiatiefneemster van Honey Highway. “De 5.000 m2 wilde meerjarige bloemen van het Stenen Baakplein en bloeiende struiken in het Geuzebos moeten voldoende stuifmeel en nectar geven aan de bijen om goed overwinteren mogelijk te maken. De bijen vliegen wel 7 kilometer en bereiken dus ook Oostvoorne.”