Er wordt op 26 maart aan het einde van de Lijnbaan, op de hoek van het Weena, op een miniatuurgrasveldje, een Anne Frank-boom geplant. Het is een loot van de beroemde boom waarop Anne Frank tijdens de oorlogsjaren keek toen zij met haar joodse familie en kennissen ondergedoken zat in het Achterhuis van een pand aan de Prinsengracht in Amsterdam.

De Anne Frankboom was de bijnaam van een witte paardenkastanje die zich bevond in de tuin van het pand Keizersgracht 188 in Amsterdam en in haar dagboeken voorkwam. In haar onderduiktijd was de kastanje, samen met een streepje lucht en enkele vogels, haar enige zicht op de natuur en de buitenwereld.

De boom, die in 2010 ziek was en moest worden gekapt, heeft wel nakomelingen. Die staan al in Parijs, New York en Buenos Aires. Nu volgt Rotterdam. Bovendien op een bijzondere plek, want vóór het bombardement in mei 1940 lag het grasveldje aan het einde van de Lijnbaan in de Helmersstraat. Een straat met volgens de Rotterdamse politicus Hennie van Schaik - lid van de gebiedscommissie Centrum - héél veel joodse bewoners. En daarom gaat hij voorstellen en lobbyen om het kleine pleintje met die nieuwe tak van de Anne Frank-boom om te dopen in het Helmerspleintje.