De Rotterdamse televisiemaker Sander de Kramer krijgt de prestigieuze Hélène de Montigny-prijs. Hij wordt geëerd vanwege zijn wereldwijde inzet voor minderbedeelden en mensen in de verdrukking. De Kramer zal de prijs op donderdag 24 oktober overhandigd krijgen in de voormalige woning van Hélène de Montigny aan de Herengracht in Amsterdam. Behalve een prachtige sculptuur krijgt De Kramer een geldbedrag van 50.000 euro.
De Rotterdammer spant zich al jaren op allerlei manieren in voor dak- en thuislozen. Vanaf 2007 zet hij zich ook buiten de landsgrenzen in. Zo redde de Sander de Kramer in Sierra Leone talloze kindslaven uit de diamantmijnen. Ook bouwde hij met zijn Sunday Foundation meer dan 20 scholen voor weeskinderen, gehandicapte kinderen en andere kansarme jongeren in Afrika.
Eén van de doelstellingen van de Hélène de Montigny Stichting is ‘het uitkeren van een beloning aan zodanige persoon (personen) die zich naar het oordeel van een commissie van drie leden - onder voorzitterschap van de Rector Magnificus van de Universiteit van Amsterdam - in buitengewone mate verdienstelijk heeft (hebben) gemaakt ten opzichte van het mensdom in het algemeen’. Over de Kramer zeggen juryleden: “Wij zijn onder de indruk van iemand die daadwerkelijk heeft bewezen het verschil te maken in een wereld waar iets voor een ander over hebben niet vanzelf spreekt. Sander de Kramer is iemand met het hart op de juiste plaats.”
Sinds het einde van de jaren ’50 wordt deze prijs ongeveer iedere drie jaar uitgereikt. De eerste laureaat (1958) was dr Jonas Salk, uitvinder van het vaccin tegen kinderverlamming. Na hem ontvingen o.a. majoor Bosshardt, Renate Rubinstein, Max van der Stoel en Ahmed Aboutaleb de prijs.