Diversiteit is het grote gorgelwoord van het stadsbestuur dat nu een jaar dienst doet in Rotterdam. Niet onlogisch dat de zwaar gelovige partijen als CU-SGP en Nida daar gebruik van maken om in het kader van diezelfde diversiteit ook hun wens te promoten. En dat bleek de acceptatie van culturele en religieuze diversiteit te zijn. Donderdag aanvaardde de gemeenteraad dit verzoek met ruime meerderheid. Behalve de coalitiepartijen was ook de linkse oppositie (SP, Denk, Partij voor de Dieren en 50Plus) hiervan voorstander.

‘’Uit de Omnibus-enquête blijkt dat de acceptatie van culturele en religieuze diversiteit met een percentage van respectievelijk 76% en 74% achterblijft op de acceptatie van seksuele diversiteit in onze stad, namelijk 86%’’, aldus Vonk (CU-SGP) en Büyükçifçi (Nida), die daarna (slim) complimenten uitdeelden aan het stadsbestuur door eraan toe te voegen dat ‘’hun specifieke inzet ter bevordering van de acceptatie van paarse vrijdag, roze zaterdag, en bij de politie roze in het blauw vruchten begon af te werpen.''

En toen kwam de vraag: kan dit college ook om met maatregelen komen voor acceptatie van culturele en religieuze diversiteit?

Ja, zei de Raad donderdag. Een ruime meerderheid was voor. Alleen Leefbaar Rotterdam en de PVV waren tegen.

Hoe die acceptatie nu in het vat gegoten wordt, en wat er ontbroken heeft, bleef vooralsnog volstrekt onduidelijk. Ook of er een nieuwe acceptatiedag aan de bestaande moest worden toegevoegd of dat het helemaal niet om een manifestatie ging, maar om een vanzelfsprekende vanzelfsprekenheid.