De Jonge zegt Pastors de wacht aan

17 June 2024, 00:22 uur
Columns
mainImage

“Demissionair minister Hugo de Jonge heeft zijn medewerking aan het NPRZ opgeschort. Deze rigoureuze stap is nodig om paal en perk te stellen aan het falende jeugdbeleid, de afbraak van de sociale huur, het aanhoudend onderpresteren van het beleidsapparaat en de gentrificatie die kennelijk het achterliggend motief is van dit nationaal programma voor Rotterdam Zuid.

Pastors onder curatele

De minister is niet bereid zijn steun te hervatten, tenzij er flinke verbetering of zelfs een compleet andere aanpak komt. Carte blanche krijgt het stadsbestuur van Rotterdam zeker niet meer en dat geldt ook voor Marco Pastors. Hij is weliswaar herbenoemd, maar dat is niet vrijblijvend. Adel verplicht, dus verwacht De Jonge van hem eerlijkheid, dat hij zijn fouten toegeeft en ervan leert, en dat hij zo een voorbeeld is voor de jeugd. En ook dat hij stopt het falen van zijn beleid af te schuiven op corona, op de criminele aard van de jeugd of op verstandelijk beperkte bewoners.

Leren van Heerlen

Mocht De Jonge burgemeester worden van Rotterdam dan zal hij bij het nieuwe Kabinet de deur platlopen voor de bestaanszekerheid van de Zuiderlingen, in het bijzonder die met kinderen. En dat hij er alles aan zal doen dat de bewoners van Zuid, net als in Heerlen, eigenaar worden van het programma. Daarom draagt hij Marco Pastors op in de leer te gaan bij het nationaal programma voor Heerlen-Noord dat stroomopwaarts aan de Maas is opgezet. Op straffe van ontslag, zo stelt de minister ferm.

De Jonge eist beter jeugdbeleid

De minister gaat zijn steun zeker niet hervatten als het jeugdbeleid blijft zoals het nu is. Dat hoort consequent gebaseerd te zijn op respect en waardering voor de mensen van de dagelijkse pedagogische praktijk en op hun kennis en wijsheid: ouders voorop en verder iedereen die zich vrijwillig of beroepsmatig voor de vorming van de jeugd inzet.

Het stadsbestuur heeft dan ook de dure plicht het beleidsapparaat écht gevoelig te maken voor de burgers en voor die werkers. Zij zijn het immers die het verschil maken voor de kinderen. Dat het stadsbestuur dit serieus neemt moet blijken uit concreet gedrag van beleidsambtenaren op basis van ‘kritische prestatieindicatoren’, zoals een verplichte wijkstage of twee dagen in de week aanwezigheid in de wijken. Hugo de Jonge zal zijn opvolger aanraden alert te zijn op signalen van bewoners en praktijkwerkers van ondermaats ambtenaarschap en het College er stevig op aan te spreken als die signalen kloppen.

Jeugdbeleid verdient topprioriteit

Wie de jeugd heeft de toekomst en daarom moet de vorming van de jeugd topprioriteit te zijn, zeker in de stad waar Erasmus geboren is. Een voorwaarde van de minister is daarbij ook dat de pijler ‘school’ herdoopt wordt tot pijler ‘vorming’. Want dat geeft het beste weer waar het jeugdbeleid over moet gaan.

''Het doet me pijn dat kinderen misbruikt worden voor de targets van bestuurders en om alleen maar ‘hoger op de goede lijstjes' te komen''. aldus De Jonge die daaraan toevoegt ''dat ik niet iemand ben die de weg van de minste weerstand neemt; de kinderen van Zuid verdienen het dat ik stevig ingrijp in beleid dat hun rechten schendt. Zo wil ik zijn voor mijn geliefde Rotterdammers.”
 
Als hij het niet doet?

Dit persbericht is verzonnen. Maar wat zou ik wensen dat het echt was en dat Hugo de Jonge zijn verantwoordelijkheid als minister voor het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) wel nam. ''Als jullie het niet doen, wie dan wel?''. hield de voormalig wethouder eens de leraren voor.  Wat volledig onterecht is, maar in zijn geval geldt het wel: als hij niet ingrijpt in het falende en snoeverige NPRZ, wie dan wel? En als hij er niet politiek op aanspreekbaar is, waarom heet het dan een nationaal programma?

Boter onder de pet

De vraag naar het waarom laat zich raden. Hij heeft boter op zijn hoofd, want als hij het NPRZ aanpakt komen ook direct zijn eigen missers als voormalig jeugdwethouder aan het licht. Dus houdt hij dat liever verborgen. Onder een hele grote pet. En deze Kindervriend wil Burgervader worden?

Ik dacht het niet.