De zwarte zwaan van de armoedebestrijding

24 April 2019, 18:46 uur
Columns
mainImage

Armoedebestrijding is wat je in de sociale wetenschap noemt een “wicked problem”: een veelzijdig monster wat moeilijk of onmogelijk op te lossen is vanwege de onvolledige, tegenstrijdige en veranderende eisen die vaak moeilijk te herkennen zijn.

Armoede is een complexe situatie die elkaar onderling versterkt, maar tegelijkertijd een kloof slaat met de rest van de samenleving. Het gaat om achterstanden in gezondheid, werken, wonen, opleiding, sociale vaardigheden, maar ook het gebrek aan een netwerk. Armoede kan ons allemaal treffen. Paradoxaal genoeg zijn deze problemen niet alleen te attribueren wegens gebrek aan geld, maar de oorsprong van deze vraagstukken wel degelijk.

Ik moest hier meteen aan de filosoof Karl Popper denken en zijn falsificatietheorie. Volgens het falsificationisme van Popper is een wetenschappelijke theorie gedoemd om een hypothese te blijven totdat ze weerlegd wordt.

Door de falsifieerbaarheid van een theorie kunnen we spreken van een wetenschappelijke theorie, juist omdat ze openstaat voor weerleggingspogingen. Eén bewijs dat een theorie kan weerleggen is veel significanter dan duizend voorbeelden waarbij de theorie klopt.

Een goed voorbeeld van Popper: “Alle zwanen zijn wit" is een falsifieerbare bewering, omdat het bestaan van zwarte zwanen (de antithese) kan worden bewezen.  

Statistisch gezien leven mensen met voldoende geld langer, genieten van goede banen, wonen in prima wijken, kunnen makkelijker studeren, hebben veel vrienden en zeker geen gebrek aan een netwerk van gelijkgestemden.

En hoe kom je aan geld?

Door aan het werk te gaan!

Het idee dat mensen in de armoede 1001 gemeentelijke programma’s - verzachten van de armoede of een ‘leerstoel effectieve aanpak armoede’ - nodig hebben is absurd. Een tip aan de wethouder: typ “armoede” en “poverty” in bij Google Scholar en bespaar ons in hemelsnaam miljoenen euro’s aan wetenschappelijk onderzoek. De resultaten zijn binnen. Nationaal en internationaal. Dat geld kunt u beter gebruiken om de 10 salarissen en entourages van wethouders te betalen. Immers, dat kost de Rotterdamse betaler ook miljoenen euro’s. Nietwaar?

Want dat is het magische woord: werk. De wethouder erkent dit ook en schrijft op blz. 15 van zijn beleidsnotitie Uit de knoop: “Het hebben of krijgen van betaald werk is een belangrijke factor bij het doorbreken van de vicieuze cirkel”.

De zwarte zwaan van de armoedebestrijding is werk. De rest is window dressing’en een legitimatie voor de functie ‘wethouder armoedebestrijding’.

De gedachte is dat iedereen moet kunnen participeren in de samenleving. En juist meedoen aan de samenleving is essentieel voor onder meer toegang tot onontbeerlijke levensbehoeften, betere en gezondere ontwikkeling en eigenwaarde.