Een nieuw decennium voor de Rotterdamse ouderen

19 January 2020, 19:30 uur
Columns
mainImage

Met het jaar 2020 is Rotterdam en haar inwoners een nieuw decennium ingestapt. Een moment om vooruit te kijken naar de komende 10 jaar. Wat moet anders, wat moet beter, wat mag en kan zo blijven ten opzichte van het afgelopen decennium?

Het kan en mag niemand verbazen dat in mijn ogen het dringend tijd wordt dat vooral de doelgroep ouderen de bijzondere aandacht moet gaan krijgen de komende 10 jaren.

Niet alleen omdat ikzelf tot de doelgroep behoor en een vijftigplusser in hart en nieren ben maar vooral ook omdat de cijfers uitwijzen dat juist met name de toenemende vergrijzing een enorme impact heeft in onze samenleving.

In 1950 was nog minder dan een op de drie volwassenen in Nederland een 50-plusser. In 2020 is zo’n 50% van de volwassenen ouder dan 50 jaar. En in alle prognoses wordt duidelijk dat halverwege het komende decennium er meer ouderen dan jongeren onder de 19 jaar zullen zijn.

Het wordt dus dringend tijd dat de politiek zich begint te beseffen dat de verschuiving in de leeftijdsopbouw tal van veranderingen op gang brengt waar de politiek zich al lang op had moeten voorbereiden.

Zo moet het meest aanstootgevende dogma dat ouderen zogenaamd langer thuis willen wonen maar eens om zeep geholpen worden. Het is een filosofie (bijna een geloofsovertuiging) geïntroduceerd door die gevestigde politieke partijen die al jaren aan de macht zijn. Dat langer thuis willen wonen van ouderen is nooit aantoonbaar gemaakt en is er gewoon door die plucheplakkende partijen tegen heug en meug bij ons allen ingeramd. Ondertussen is het zeer duidelijk dat net als de reden van het verhogen van de AOW-leeftijd de politiek met dit dogma kansen zag om te bezuinigen op de wensen van het ouder worden zoals de zorg en het wonen.

Zelf ondervonden

Aan den lijve heb ik ervaren hoe er met oude mensen omgegaan wordt. Mijn vader is bijna tien jaar geleden op 87-jarige leeftijd overleden en liet mijn vijf jaar jongere moeder in een eigen woning alleen achter. De impact van het overlijden van mijn vader was groot voor mijn moeder. Mijn hulpbehoevende vader was jarenlang verzorgd door mijn moeder. Ze was zelf slecht ter been maar vanwege haar zorg voor mijn oude pa had ze geen tijd en zin om daar aandacht aan te geven en na zijn dood was ze zelf al boven de tachtig en zag ze die zware heupoperaties niet meer zitten.

Aan het eind van mijn vaders leven kon mijn moeder de zorg toch niet meer dragen en ging mijn vader alsnog naar een verzorgingstehuis. Na zestig jaar samen werden ze alsnog aan het eind van hun leven gescheiden. Drie weken duurde dat en toen overleed mijn vader.

Met mijn vaders dood veranderde het leven drastisch voor mijn moeder. Het was het begin van het verlies van een groot sociaal netwerk want er alleen op uit gaan lag niet zo in haar aard en haar beperking met het lopen maakte dat ze na een aantal jaren volledig gekluisterd aan huis zat en afhankelijk werd van de 5-minuten bezoekjes van de thuiszorg. Eindelijk is mijn moeder afgelopen maand op negentigjarige leeftijd dan toch naar een verzorgingstehuis verhuisd. En dat wat wij kinderen altijd al verwachtte, ze leeft er volledig op. Ze woont met gelijkgestemde oude mensen, eet niet meer dagelijks alleen haar ‘tafeltje dekje’ en geniet met volle teugen van de activiteiten die ze binnenshuis kan doen.

Ze is er niet minder zelfstandig om

En is mijn moeder daarmee nu minder zelfstandig geworden? In het geheel niet, ze blijft zelf bepalen wat zij wil, hoe zij het wil en wanneer zij het wil. Maar zelfredzaam is ze natuurlijk al jarenlang niet meer. Was er maar twintig of nog beter dertig jaar geleden een mogelijkheid voor mijn ouders geweest om in aangepaste ouderenhuisvesting te gaan wonen. Een wooncomplex waar ze hun zelfstandigheid hadden kunnen behouden, in een omgeving met gelijkgestemde ouder wordende huisgenoten maar waar ze wel de zorg hadden kunnen krijgen die ze bij het ouder worden zo hard nodig hadden. Nu kwam jarenlang de mantelzorg op de schouders van mijn moeder terecht met alle gevolgen van dien voor haar en mijn vaders leven.

Dit soort verhalen zijn er legio en het kan niet waar zijn dat in het nieuwe voor ons liggende decennium dit soort verhalen regel blijven. Betaalbare ouderenhuisvesting en daaraan gekoppeld een betere zorg voor ouderen en een ontlasting van mantelzorgers voor ouderen moet de hoogste prioriteit krijgen van de Rotterdamse politiek.

Of dat gaat lukken met een college en coalitie die nu al sinds de woonvisie 2016 ontkent dat er sociale woningbouw en ouderenhuisvesting nodig is en die alles op alles zet om dure woningbouw voor de betere middenklasse in Rotterdam te realiseren?

Accepteer het nu maar

Collegae, accepteer het nu maar: er is woningnood en een goed voornemen voor dit nieuwe decennium lijkt mij een totaal nieuwe woonvisie die recht doet aan ook die woningnood voor ouderen, starters en minder geschoolden die in de woonvisie 2016 dakloos zijn worden!