Inspraak Rotterdamse burgers begint op straat

4 March 2022, 22:45 uur
Columns
mainImage

Toen Jan Blokker nog leefde en als briljante columnist klaagde over de verregaande verwijdering tussen burger en politiek was dat naar mijn inschatting dertig jaar geleden. Toen al schreef hij al dat er niks was veranderd. Nu nog niet. Het ging in de laatste vier jaar faliekant mis tussen Rotterdam en de bewoners van het recreatiepark in Hoek van Holland, dat we in de volksmond kennen als het Oude en Nieuwe Kamp en laat ik maar zwijgen over de Tweebosbuurt. En dan heb ik nog niet eens over al die kleinere irritaties.

Het aanhoren van burgers heet tegenwoordig participatie. Vroeger: inspraak. Dat had een iets stevigere betekenis. Geen idee wanneer men van woord switchte, maar met inspraak vond men de invloed van de gewone man vast veel te ver gaan. Participatie klinkt vrijblijvender en zo wordt het in de regel ook ingevuld.

Interessant vind ik in dat verband de inspreeksessies op het stadhuis. Ze zijn in de plaats gekomen van de heldhaftige bewonersavonden op eigen terrein. Toen het asielzoekerscentrum in de Beverwaard overvol dreigde te raken en burgemeester Aboutaleb de moeite nam om met de wijkbewoners in een zaaltje te debatteren, werd het één grote spraakverwarring en schreeuwpartij. Dat was dus ook de oplossing niet. Als wethouder Bonte naar Pernis moet om zijn honger naar windmolens te verdedigen, fietst hij er met lood in zijn schoenen heen. Daarom die inspreeksessies op het stadhuis. Strak geregisseerd. Met als gevolg dat de klagers rood aanlopen van de zenuwen en als ze kort en krachtig hun zegje hebben gedaan, krijgen ze van de voorzitter een compliment dat ze keurig binnen de tijd zijn gebleven. Zo van: ziezo, die hebben we gehad, de volgende.

Ik heb zowel de inspreeksessie over Hoek van Holland als die over het nieuwe Feyenoord-stadion gevolgd en heb er beide gevallen niet het gevoel aan overgehouden dat de meeluisterende beslissers dachten: verrek, van die kant heb ik het nog nooit bekeken. Eerder vond ik ze denken: we zitten hier te luisteren naar storende elementen.    

Ik geloof overigens wel dat er inzake Hoek van Holland later toch een kwartje is gaan vallen. Vast ook door de kracht waarmee 50Plus zich voor de bewoners heeft ingezet. Maar niet dankzij zo’n inspreeksessie. Zo’n college van B&W vindt dat niks en de raadsvertegenwoordigers van de coalitiepartijen weten dan met hun houding geen raad. Die meeting van al die Feyenoord-supporters was daar een passend voorbeeld van. Ik geloof dat er 60 mensen aan het woord zijn geweest, waarvan 59 met dezelfde mening. Dat hadden er 540 geweest kunnen zijn, want zóveel mensen hadden zich opgegeven. Bovendien waren die sessies ook nog eens zinloos omdat het stadsbestuur toen, in die dagen, nog dacht dat een nieuw stadion te bekostigen was. Inmiddels heeft trouwens een neutrale enquête van de Feijenoord Supportersvereniging - 63% voor behoud van de Kuip en 25% tegen - verder aan alle discussies een einde gemaakt.

Rotterdam heeft geen Malieveld. Dat is maar goed ook, want ook dat vind ik een armoedige manier voor de burger om de politiek op andere gedachte te brengen. Heb ik dan een betere oplossing? Voor landelijke onderwerpen niet. Maar in Rotterdam is het a piece of cake. Daar begint de medezeggenschap op straat.

Ik ben lijstduwer van 50Plus. Dus hoop ik dat de ouderwets hardwerkende Ellen Verkoelen herkozen wordt. Zij is elke dinsdag en zaterdag op de markt. Makkelijker kan inspraak niet geregeld worden. En mochten Ellen en ik samen gekozen worden, komen we met z’n tweeën.