Parijse mijmering bij de feestende Thalys

22 February 2023, 01:17 uur
Columns
mainImage

De Thalys vierde feest. Ze zijn vorig jaar gefuseerd met Eurostar en om dit te vieren mochten we onlangs voor €29 per persoon naar Parijs. Heen en terug dus voor €58. Dat konden we niet laten schieten. Ik vraag me af of er trouwens echt iets te vieren valt bij het samen gaan van Thalys en Eurostar. De meeste fusies zijn immers alles behalve leuk. Het gaat steevast onder het mom van elkaar versterken, schaalvergroting en efficiency behalen. Maar in de praktijk komt 't bijna altijd neer op bezuinigen en personeel ontslaan.

Het is opmerkelijk hoe de hersens van een mens van de hak op de tak kunnen springen. Want via dat reclame-verhaaltje van de Thalys gaan mijn gedachten naadloos over in mijn eigen fusie-ervaring: die van het Algemeen Dagblad met acht regionale kranten, waaronder het Rotterdams Dagblad. Dat heette in 2004 een fusie, maar het bleek een overname. Of nog liever: een bezetting.

Een modieuze kranten-goeroe had voor grof geld meteen een handleiding ontwikkeld hoe het nieuwe dagblad moest worden gemaakt. Elk verhaal diende te worden opgeknipt in overzichtelijke stukken, zodat het toegankelijker werd. Zeg maar hapklare brokjes. Vooral niet te diepgravend, anders haakte de lezer maar af. Maar wel een leuke citaat er apart uitlichten, een grappig cijfer-weetje, een héééééél grote foto en nog wat andere frutsels.  

Collaborateurs

De meeste redacteuren bij het RD gruwelden van ’t nieuwe beleid. Er was stil en minder stil verzet. Dat werd grotendeels in de kiem gesmoord. Een enkeling kreeg zelfs een voorwaardelijk ontslag aangezegd. Maar zoals bij elke bezetting waren er ook bij ons collaborateurs. De types die voor zichzelf ineens nieuwe carrièrekansen roken en alle principes overboord gooiden om de nieuwe bazen te plezieren. 

En al snel waaide er een andere wind onder de knoet van grote zweterige mannen met een mening over alles en verstand van niets. Trouwe lezers van het RD renden massaal weg. Een flink aantal journalisten vertrok trouwens ook; met een aangename oprotpremie. Ik maakte geen gebruik van die goudomrande vertrekregeling. Ik was gelukkig getrouwd met mijn werk en je zet niet zomaar een streep onder een liefdesrelatie van meer dan dertig jaar. Ik wilde het een kans geven.

Iets meer dan een jaar heb ik dat volgehouden. Maar het werd te erg. Vrienden, kennissen en relaties spraken louter schamper over het vod dat we zes dagen per week produceerden. Ik had er geen verweer tegen, schaamde me voor het eerst in mijn leven om te zeggen waar ik werkte. ’s Ochtends poetste ik brakend mijn tanden, ’s avonds kwam ik uitgeput thuis. Ik snauwde tegen mijn kinderen. Gelukkig kwam er al snel een nieuwe bezuiniging; een nieuwe vertrekronde.

Dat besluit viel moeilijk. Na 32 jaar de deur achter je dichttrekken. Maar de ‘alimentatieregeling’, de Gouden Handdruk, was nog steeds mooi. En al spoedig diende zich een nieuwe liefde aan. Het proeft zoveel jaar later zoet dat ook de meeste collaborateurs gaandeweg hun heil elders zochten: bij een ministerie, een regionale omroep of nog erger: in de pr. Niet meer dan een handjevol collega’s met wie ik ooit de redactievloer deelde, werkt nog bij de ‘fusiekrant’.

Studentenreisbureau

Zoals gezegd, de menselijke geest bewandelt vreemde wegen. Want op weg in de Thalys maken die wrange fusiemijmeringen langzaam plaats voor herinneringen aan de eerste keer naar Parijs; vijftig jaar geleden met een aanzienlijk minder snelle trein, maar wel met dezelfde vrouw aan mijn zijde. Een retour kostte toen 28 gulden via het studentenreisbureau NBBS. Dan moest je nog wel apart een kaartje voor het traject naar de Belgische grens bij kopen.

Booking.com was nog niet bedacht. Maar op het Gare du Nord stond een houten huisje waar je een hotel voor dezelfde dag kon reserveren: je liet weten in welk arrondissement je wilde zitten en de mevrouw achter de balie schatte in bij welke prijsklasse jij paste. Zo kwamen we in het Quartier Latin in Hotel des Mines, een verkapt Algerijnen-logement voor 12 gulden per nacht. Douchen op de gang.

Hotel Des Mines blijkt nog steeds te bestaan, maar het heeft - net als  het Rotterdams Dagblad - een ingrijpende gedaantewisseling ondergaan. En zo goed als ik geen abonnement op het AD hoef, wil ik ook niet meer in Quartier Latin logeren. De laatste tien jaar verkoos ik Terminus Nord, recht tegenover het station. Tot de tent werd overgenomen en een kennelijk blinde binnenhuisarchitect alle kamers rood/donkerbruin liet schilderen. Zelfs ’t plafond. Het hotel moest de sfeer van een kasba krijgen. Compleet met prullaria en allerhande rotzooi aan de muur en op de kastjes. 

Gelukkig zit er om de hoek een nieuwe Ibis, saai en karakterloos, maar je begrijpt tenminste met welke lichtknop welke lamp aangaat. Je hoeft geen kledingrek te verrijden om een kastdeurtje open te maken, de ramen kunnen gewoon open en je kan de badkamer in zonder eerst een stoel opzij te moeten schuiven.

Karel Appel

Voor het eerst bezoeken mijn vrouw en ik samen Père Lachaise, het kerkhof waar tal van beroemdheden hun laatste rustplaats vonden: Edith Piaf, Marcel Proust, Chopin, Oscar Wilde, Jim Morrison, Maria Callas, Yves Montand etc. Het ene grafmonument is nog imposanter dan het andere. Wij gaan op zoek naar Karel Appel. Ik heb de beroemde Cobra-kunstenaar diverse keren ontmoet, ben met hem in Parijs uit eten geweest, bracht drie dagen door op zijn atelier in New York, maar koester geen warme herinneringen aan hem. Het was een wantrouwige man, vervuld van zichzelf en geplaagd door gevoelens van miskenning. Van dat type ken ik er al teveel.

Appel staat niet in de alfabetisch lijst van beroemdheden bij de ingangen van Père Lachaise. Wel kunstschilders als Corot, Modigliani, Pissaro en Seurat. De naam Karel Appel ontbreekt zelfs op de website van het kerkhof. Dankzij Wikipedia vinden we uit dat de tombe zich in sectie 22 moet bevinden. Hier ligt Appel sinds 2006 in een onopvallend graf, temidden van onopvallende andere doden. Ik denk terug aan onze ontmoetingen  en schiet in de lach: wat zou die Appel de pest in hebben gekregen als hij had geweten hoe hij hier temidden van 70.000 zerken als een nobody zou eindigen.