We moeten van de linkse kerk altijd voorzichtig zijn met generalisaties, want die kunnen leiden tot discriminatie. Het cultureel marxisme leert hen namelijk dat de laagste inkomensgroepen en allochtonen zielig zijn, onderdrukt worden en niet voor zichzelf kunnen opkomen.

Tot voor kort mochten we niet zeggen, dat de meeste Turken toch wel erg nationalistisch zijn, omdat iedereen wel een Turkse buurman heeft, waarop dat niet van toepassing is. Een demonstratie op de Erasmusbrug heeft daar een einde aan gemaakt.

Generalisaties van Nederlandse groeperingen daarentegen zijn geen enkel probleem. Friezen zijn stug, Brabanders carnavaleske levensgenieters, Limburgers halve Duitsers, Zeeuwen zijn zuinig en volgens mevrouw S. Simons en Memphis Depay zijn vrijwel alle Nederlanders racistisch. Soit. Of op zijn Zeeuws “ut za wèh” (het zal wel).

De Zeeuwen zijn zelfs trots op het feit dat zij in het hele land als zuinig worden aangezien. “Ons Zieuwe ban zunig” zeggen ze daar met een brede glimlach. Die zuinigheid gaat in mijn waarnemingen vaak gepaard met de neiging om aan zowat alles geld te willen verdienen; extreme ondernemingszin mag je het ook wel noemen. Ook dat mag. Ieder jaar verdubbelt de bevolking van Zeeland door de komst van toeristen en daaraan kan goed verdiend worden. Zowel de toeristen als de ondernemers vinden het prima.

De eerste coronapatiënten waren net opgenomen, toen ik op de  elektrische scooter van mijn zoon onze camping wilde oprijden. De avond daarvoor had Rutte ons gevraagd een beetje op elkaar te letten. Een medewerkster was bezig waarschuwingsbordjes op te hangen waarop stond dat de camping gesloten werd. Jammer omdat juist die camping met flinke afstand tussen de stacaravans een veel betere plek is om de crisis uit te zitten, dan een flat met lift in de stad. Toevallig zag ik een mede-eigenares en wees haar op de uitspraak van de minister president: “We moeten elkaar een beetje helpen” “Het moet van de Veiligheidsregio Zeeland ” kreeg ik te horen.  

Ik vond het merkwaardig omdat op het vakantiepark waar ik op dat moment in het huisje van onze zoon bivakkeerde geen enkel probleem was. Sterker vele oudere hadden daar net als wij heel bewust hun toevlucht gezocht; de ruimte tussen de huisjes is bijna veertig meter.

De eigenaar van dat park had ons laten weten dat heel verstandig te vinden: coronacrisis veilig uitzitten en wandelen in de schitterende omgeving. De restaurants bezorgen eten en de supermarkten – ingericht op de zomer – hebben ruimte genoeg voor veilig winkelen.  Kortom ideaal voor een stadsbewoner met coronavrees.

Edoch de volgende ochtend kwam ook daar de eigenaar ons met grote tegenzin vertellen dat we weg moesten van de provincie en de gemeente. “Doe maar rustig aan. Ik vind het ook belachelijk, maar ze gaan controleren!” zei hij erbij.

Zo kan het dus gebeuren dat onze vrienden met huisjes in Ermelo en ’s-Gravenzande de crisis wel op een veiligere plek mogen uitzitten en rustig in de vrije natuur kunnen wandelen.

Het argument van de provincie Zeeland: “De ziekenhuizen zijn niet ingericht op de opvang van coronapatiënten” is een schijnargument.  Ten eerste was geen enkel ziekenhuis in Nederland daarvoor ingericht en ten tweede, als die ziekenhuizen zo weinig capaciteit hebben hoe zit het dan in het toeristenseizoen? Dan is het dus ook gevaarlijk om in Zeeland te bivakkeren? Kortom, kortzichtig geleuter van de veiligheidsregio. Ikke, ikke, ikke en laat de rest, waar we anders zo lekker aan verdienen, maar stikken.

Onze vrienden, die ons vaak horen opscheppen over onze heerlijke Zeeuwse plekjes, hebben een beetje leedvermaak. Denk dat we binnenkort kaartjes krijgen met “Groeten uit Ermelo” en Groeten uit ’s-Gravenzande”