Mensen mogen demonstreren tegen abortus, maar burgemeesters mogen bepalen dat dit niet direct bij de ingang van een kliniek gebeurt. Een protestvak moet wel "binnen zicht- en gehoorafstand" van een kliniek zijn. De Raad van State heeft dat woensdag bepaald.
Enkele organisaties die tegen abortus zijn, wilden bij klinieken demonstreren, maar de gemeenten hadden bepaald dat ze niet bij de ingang mochten staan. In de regels voor demonstraties staat al dat gemeenten beperkingen mogen stellen om wanordelijkheden te voorkomen. Dat is het geval bij een protest bij een abortuskliniek, oordeelt de Raad van State. "Dat heeft te maken met de locatie en de kwetsbaarheid van de bezoekers van abortusklinieken. Rond een abortuskliniek hoort een bepaalde mate van orde en rust te heersen, net als bij een ziekenhuis. Het is een plek waar mensen komen die hun eigen grondwettelijke rechten uitoefenen en recht hebben op en behoefte hebben aan zorg."
De mensen zitten in een kwetsbare positie en een protest zal indringender zijn dan bij andere demonstraties, aldus de hoogste bestuursrechter. Als de demonstranten ergens anders staan, kunnen bezoekers van de kliniek zelf beslissen of ze "een directe confrontatie met de demonstranten aangaan".
Vier demonstraties
De uitspraak gaat over vier demonstraties. Schreeuw om Leven wilde betogen bij een kliniek in Groningen, Donum Domini (Latijn voor 'geschenk van God') en Pro Life Heemstede waren van plan te demonstreren in Heemstede, en Pro Life Amsterdam wilde dat doen voor een kliniek in de hoofdstad. Ze kregen beperkingen opgelegd en vochten dat aan bij de Raad van State.
Groningen en Amsterdam wezen een plek aan de overkant van een rustige straat aan, en daar kan de Raad van State zich in vinden. Donum Domini moest in Heemstede naar de overkant van "een drukke weg met vier rijbanen en twee fietspaden". Voor de demonstranten is dat te ver van de kliniek "om hun demonstratierecht goed uit te kunnen oefenen", vindt de Raad van State.
Door: ANP