Afgelopen week zijn de eerste Syriërs met hulp van de Nederlandse overheid vrijwillig teruggekeerd naar hun moederland. Het gaat om twintig mensen, meldt asielminister Marjolein Faber vrijdag. Zij hebben hulp gekregen van de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V). Deze dienst heeft daarnaast op dit moment 160 aanvragen in behandeling. Van deze groep zijn twintig mensen al zover dat ze de komende week kunnen vertrekken.
De PVV-minister laat weten dat terugkeer altijd haar inzet is geweest. "Na de val van Assad komt daar ook ruimte voor. We zien de eerste Syriërs nu vertrekken. Het zijn nu nog kleine aantallen, maar de verwachting is dat dit aantal de komende tijd groeit. Daar zet ik ook op in", meldt ze.
DT&V helpt bij de organisatie van een terugkeer als die duurzaam is. Betrokkenen mogen niet terugkeren naar Nederland. De dienst kan ook geld meegeven als basisondersteuning voor de eerste dagen na terugkeer. Het gaat dan om 900 euro contant geld. Of alle betrokkenen daar gebruik van hebben gemaakt, weet een woordvoerster van het ministerie niet.
De terugkeer naar Syrië is in zicht gekomen na de val van dictator Bashar al-Assad begin december. Hoewel de veiligheidssituatie in het land, waar jarenlang een burgeroorlog woedde, nog niet stabiel is, zijn ook uit andere landen al gevluchte Syriërs teruggegaan.
Door: ANP