De koning moet niet langer lid zijn van de regering, de financiering van het koningshuis dient anders te worden geregeld en het aantal leden van het Koninklijk Huis kan worden beperkt. Dat betoogt hoogleraar staatsrecht Paul Bovend'Eert aan de Radboud Universiteit in Nijmegen in het dinsdag gepresenteerde boek De Koning en de monarchie. Toekomstbestendig?
De praktijk heeft geleerd dat politiek Den Haag heel terughoudend is met veranderingen in de monarchie. Meestal gebeurt dat met het argument dat er geen problemen zijn, maar Bovend'Eert ziet voldoende ruimte voor verbetering en verduidelijking. Door de koning uit de regering te halen en zijn bevoegdheid te schrappen om regeringsbesluiten en wetten te tekenen is duidelijk dat hij slechts staatshoofd is en geen beslissingsmacht heeft.
Volgens Bovend'Eert is de rol van staatshoofd eigenlijk al de hoofdfunctie van de koning geworden. Hij stelt voor dat de ministeriële verantwoordelijkheid wordt uitgebreid naar sleutelbenoemingen in de hofhouding. "Het ligt voor de hand dat de minister-president zeggenschap heeft bij de belangrijkste benoemingen in de hofhouding", aldus Bovend'Eert.
Hij stelt verder een andere bekostiging van het koningschap voor waarbij zoveel mogelijk moet worden aangesloten bij de wijze van financiering van andere overheidsdiensten. De koning krijgt gewoon een salaris waarover hij ook gewoon belasting betaalt en alle uitgaven voor het koningshuis moeten op één begroting komen, zodat een "volledige en transparante controle op de uitgaven mogelijk wordt". Wat de hoogleraar betreft hoeven alleen de koning, koningin en toekomstig troonopvolger nog deel uit te maken van het Koninklijk Huis.
De Grondwet kan ook zonder de bepaling dat wanneer er geen erfopvolgers meer zijn in het huis Oranje-Nassau gezocht zal worden naar een nieuw koningshuis. "Op zoek gaan naar een nieuw koningshuis is in de 21e eeuw geen serieuze optie meer. Zo'n zoektocht zou vooral curieus en lachwekkend zijn", aldus de hoogleraar. In dat geval is het volgens hem logisch de overstap te maken naar een republiek met een gekozen of benoemde president.
Door: ANP