Voorzitter Lyle Muns van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) noemt 31 maart "echt de uiterste datum" waarop studenten weer de mogelijkheid moeten krijgen om een dag per week weer fysiek naar hun hogeschool of universiteit te gaan. "Wij hadden gehoopt dat het hoger onderwijs nu al gedeeltelijk open zou gaan. Een keer per week op 1,5 meter afstand, wij denken dat het veilig kan", zegt Muns.

"Als het dan toch langer duurt, kan ik acties niet uitsluiten", zegt de LSVb-voorzitter over het besluit van het kabinet om met mogelijke versoepelingen in het hoger onderwijs af te wachten tot eind maart. "We overleggen graag, maar het is wel belangrijk dat er dan ook geluisterd wordt." Volgens de LSVb "staat het water studenten aan de lippen". Veel van hen kampen door het thuiszitten met eenzaamheid, concentratie- en motivatieproblemen. "Ze missen enorm de echte interactie en verdieping, dat lukt niet via het scherm", zegt Muns.

Minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid) maakte tijdens de persconferentie van maandagavond duidelijk dat heropening afhangt van de ontwikkeling van het aantal coronabesmettingen en ziekenhuisopnames. Als die aantallen het toelaten, mogen studenten vanaf de week voor Pasen weer een dag per week fysiek onderwijs ter plaatse volgen. Het kabinet wil dat studenten dan eerst een sneltest doen. Tegelijkertijd zei De Jonge dat de vooruitzichten "niet goed" zijn.

Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) noemt het voornemen van het kabinet om over een paar weken meer mogelijk te maken "een lichtpunt aan de horizon van studenten".

"Online-onderwijs werkt eenzaamheid, somberheid en concentratieproblemen in de hand. Het is goed dat het kabinet stappen gaat zetten richting meer fysiek onderwijs", reageert voorzitter Dahran Çoban. "Hoe groter het percentage digitaal onderwijs, hoe slechter studenten zich voelen. Het is mooi dat we een deel van het onderwijs van een computer naar een collegezaal kunnen gaan verplaatsen. Studenten snakken naar contact met medestudenten en hun docenten."

LSVb-voorzitter Muns benadrukt dat in het hoger onderwijs goede afspraken zijn gemaakt, bijvoorbeeld over lestijden om te voorkomen dat het te druk wordt in het openbaar vervoer. "Andere sectoren hebben dat niet gedaan. In het najaar zag je ook niet echt clusters van besmettingen ontstaan in het hoger onderwijs."

Een dag per week ter plaatse les krijgen is ook nog "verre van ideaal", zegt Muns. "Maar het zou wel iets van verlichting bieden. Dat is echt niet te veel gevraagd."