Zo'n duizend mensen deden vorige week een asielverzoek in Nederland. Dat zijn er ongeveer evenveel als in de week ervoor. Het gaat daarbij om mensen die een eerste verzoek deden, herhaalverzoeken en nareizigers. Dat meldt het Ministerie van Justitie en Veiligheid (J&V) dinsdag in hun wekelijkse rapportage van de asielinstroom.

Het exacte aantal asielverzoeken wordt niet bekendgemaakt. Het ministerie rondt de weekcijfers namelijk af op honderdtallen. Begin november vorig jaar piekte het aantal asielverzoeken: in één week tijd klopten zo'n 1600 mensen aan bij het aanmeldcentrum in Ter Apel. Sindsdien schommelt het weekcijfer tussen de zeshonderd en duizend.

De uitbraak van de oorlog in Oekraïne in februari valt samen met een stijging van het aantal verzoeken in maart, al valt niet met zekerheid te zeggen welk deel van de aanvragen door Oekraïners is gedaan. Het ministerie van J&V houdt in deze weekcijfers namelijk niet bij wat de nationaliteit van de asielzoekers is. Overigens hoeven Oekraïners geen asielaanvraag te doen om in een EU-land te mogen verblijven. Na het uitbreken van de oorlog hebben de EU-landen namelijk afgesproken dat zij er minstens een jaar lang mogen verblijven zonder dat ze asiel hoeven aan te vragen.

Het aanmeldcentrum voor asielzoekers in Ter Apel kampt sinds enkele maanden met forse capaciteitsproblemen. Door drukte in het centrum is niet voor alle asielzoeker een slaapplaats, waardoor dagelijks tientallen tot zo'n honderd mensen op een stoel moeten slapen. Vanaf woensdag moeten andere regio's asielzoekers gaan overnemen uit Ter Apel.