Aboutaleb blijft reizen

8 September 2022, 23:19 uur
Politiek
mainImage
OrangePictures

door Jan D. Swart

Burgemeester Aboutaleb blijft reizen. Om alle misverstanden in dat opzicht weg te nemen en sommige raadsleden te ontmoedigen noemde hij donderdag tijdens de gemeenteraad meteen maar in alle stevigheid het reispakket dat hem te wachten staat: Brazilië, Argentinië, Marokko, Saoedi Arabië, Egypte en de landen aan de zuidelijke kant van Afrika. Hij reist trouwens niet alleen. Ook het paspoort van havenwethouder Simons zal de komende vier jaar fors bestempeld worden. 

De landen die Aboutaleb noemde gaan in de toekomst allemaal waterstof leveren en ‘’wij moeten ons daar presenteren, want je loopt kansen mis als je er niet bent.’’ Met andere woorden: ik reis niet om het reizen. Daarmee reageerde hij op vragen van de Rotterdamse fractie van 50plus, die de burgemeester de laatste tijd had zien uitvliegen naar Colombia, Singapore en Vietnam en zich dus afvroeg waarvoor al die reislust eigenlijk diende en waarom niemand in de raad daarvan op de hoogte was gebracht. 

Een van de portefeuilles van Aboutaleb binnen het stadsbestuur is het onderhouden van internationale betrekkingen, in de negen van de tien gevallen gerelateerd aan de haven. ‘’Dus als u mij vraagt minder te reizen dan is het net alsof u tegen de wethouder van verkeer zegt: regel het verkeer maar niet.’’
|
Prominent jezelf laten zien. Aboutaleb bleef er op hameren dat je als burgemeester van Rotterdam onmiddellijk je koffers moet pakken als er voordeel lonkt, ook bij zelfs het vermoeden dat de stad er een vleugje beter op wordt en noemde vervolgens de successen. Colombia vooral. Diep in zijn hart ongetwijfeld met tegenzin (wellicht zo van: waar bemoeien ze zich mee), maar dat wist hij donderdagmiddag goed te camoufleren. ‘’Mevrouw Verkoelen heeft de burgemeester gemist, deze zomer, dat vind ik tot de basis herleid toch wel heel aardig van haar. Het doet me goed.’’

Gemiddeld maakt de burgemeester van Rotterdam zo’n slordige tien reizen per jaar. Vier grote en zes naar landen in de categorie: dichtbij. ‘’En deze zomer heb ik er zelfs één gemaakt in mijn vakantie, met dunkt dat ik daar toch niet voor hoef te verantwoorden’’, zei hij zo ongeveer in die geest. Van z’n hele zomervakantie was hij slechts twaalf dagen met het gezin op reis geweest. Alleszins dus niet buitensporig, was zijn oprechte gevoel. Waarna hij uiteindelijk toch beloofde voortaan niet alleen het college, maar ook de gemeenteraad van zijn reisschema te voorzien en na afloop van een verslag. Niet of er comfortabel gevlogen is, maar of het resultaat van de missie overeenkomst met de verwachting.