Het Centraal Bureau voor de Statistiek hanteert geen eenduidige definitie voor een sociale huurwoning. Maar gebruikt er een heleboel! 

Aan de vooravond van de behandeling van het wetsvoorstel Versterking Regie Volkshuisvesting zal minister Mona Keijzer daar rekening mee moeten houden. 

In haar wetsvoorstel staat namelijk dat gemeenten met minder dan 27 procent sociale huurwoningen kunnen worden verplicht om minimaal 30 procent sociale huur in nieuwbouwplannen te realiseren. En dan is het wel handig dat helder is wat nou precies een sociale huurwoning is. 

Keijzer wil kort samengevat de volgende definitie invoeren: Sociale huurwoningen zijn alle - het algemeen economisch belang dienende - woningen van corporaties plus alle particuliere huurwoningen die een aanvangshuurprijs hebben tot de huurtoeslaggrens (nu 900 euro, red.) en waarvan de beschikbaarheid voor de doelgroep is gegarandeerd. Dat kunnen gemeenten regelen via een huisvestingsverordening. 

Het CBS blijkt Keijzers definitie van een sociale huurwoning echter niet als leidraad te gebruiken in zijn publicaties over de woningvoorraad. 

De bedoeling van de minister om de regie van de volkshuisvesting strakker in handen te krijgen is niet gebaat bij een CBS, dat met verschillende winden meewaait. 

Mediavoorlichter Monique Peterzen laat weten dat er bij het CBS allerlei verschillende definities worden gebruikt. 

Voor wie belangstelling heeft voor de uitvoerige tekst en uitleg van het CBS, klikt op  https://kjonker.blogspot.com/2025/04/u-wordt-tureluurs.html