Minder Rotterdammers in armoede zal een positief effect hebben op de toenemende zorgdruk. Met dat standpunt in zijn achterhoofd schreef raadslid Vonk van de ChristenUnie het verzoek aan de gemeenteraad om het met hem eens te zijn dat daarom lastenverlichting voor mensen met een eigen woning niet de prioriteit van dit moment is.

‘’Het kan dus niet zo zijn dat er bezuinigd wordt op de strijd tegen armoede vanwege de financiering van een financiële meevaller voor huizenbezitters’’, luidde zijn tekst in de hoop dat de bezuiniging op de 'Aanpak armoede en schulden' en 'couleur locale en stedelijk welzijn' zou worden teruggedraaid. Net als de voor hem omstreden financiering van de financiële meevaller op de OZB.

En voor het geval zijn wens niet prikkelend genoeg mocht klinken, kopte Vonk zijn motie in de lijn van zijn levensovertuiging: Geld naar arm, niet naar rijk.

‘’De grote uitdaging voor de stad moet dus zijn te voorkomen dat nog meer mensen in armoede terecht komen’’, aldus Vonk, wiens partij in de vorige coalitie (2018-2022) een armoedewethoeder leverde voor halve dagen, terwijl men er nu één fulltime heeft die volgens de fractie van de PvdA nog niet een kwart van de tijd presteert.

‘’Afgelopen week heb ik nog gewaarschuwd voor een grote toename van het aantal mensen dat het komende jaar in de armoede terecht dreigt te komen’’, beklemtoonde Vonk de urgentie, die mede door de fractie van Volk werd ondersteund. En bij stemming vervolgens ook door het CDA, 50Plus en alle linkse partijen.

Slotsom: vergeefse moeite. Elk protest tegen de voorgenomen bezuinigingen ging in de laatste gemeenteraadsveergadering voor de lange zomervakantie de mist in.