D66: problemen rondom detailhandelbeleid

18 July 2019, 13:09 uur
Politiek
mainImage
Gemeente Rotterdam

Rotterdam heeft op het oog een goed winkelaanbod, dat stelt de Rotterdamse fractie van D66. Toch hebben de democraten in de afgelopen periode signalen ontvangen van winkeliers en ondernemers die in zwaar weer verkeren. D66-fractievoorzitter Chantal Zeegers heeft een debat aangevraagd. 

Ondernemers in het MAHO kwartier, PRIO, de ondernemersvereniging in Hillegersberg en Retail010 trekken aan de bel over hun situatie. Deze is in hun ogen kritiek als gevolg van veranderingen in koopgedrag, mobiliteit van de consument en demografische ontwikkelingen. Zo gaat de consument steeds meer online winkelen, worden reisafstanden minder belangrijk en is er een toename van eenpersoonshuishoudens. 

Tijdens de laatste raadsvergadering voor het zomerreces heeft D66 deze problematiek – gesteund door de fracties van de VVD, CDA, DENK, PvdA en Leefbaar Rotterdam – geagendeerd voor een commissiebehandeling na de zomer.

De ontwikkelingen vormen een bedreiging voor het winkelaanbod en voor de levendigheid van de winkelstraten. De ondernemers spreken hun zorg uit over het ontbreken van een uitvoeringsbeleid voor de detailhandelsnota die al in de zomer van 2017 is vastgesteld.

Zeegers strijdt al langer voor levendige winkelstraten in Rotterdam. “Dit is een stevig noodkreet vanuit de ondernemers. Levendige winkelstraten zijn van groot belang voor een stad als Rotterdam en wij willen daarom ook een daadkrachtige aanpak” aldus Zeegers. De fracties hebben de urgentie voor oplossingen voor de problematische situatie aangekaart bij het college en om meer informatie gevraagd over het detailhandelsbeleid.

Zeegers: “D66 is erg enthousiast over de BIZ-en die zijn afgesloten. Complimenten aan de wethouder en de winkelgebieden, want deze zijn in samenwerking tot stand gekomen. De winkeliers hebben echter behoefte aan een nog actievere rol van de gemeente. In de aanpak tegen leegstand, het geven van een boost aan de winkelgebieden. Niet top-down, maar samen met de ondernemers, als een gelijkwaardig partner.”