De uitgever van het onderwijsmateriaal met een abusievelijke islamofobe lesopdracht heeft zijn excuses aangeboden, maar als schoolbesturen per ongeluk dat lesmateriaal inderdaad hebben gebruikt hoeft er niet een tweede excuus te volgen. De politieke moslimpartij Nida had hierom schriftelijk verzocht bij het Rotterdamse stadsbestuur.

Onderwijswethouder Kasmi zegt dat dit niet zijn taak is en verwijst naar de scholen zelf en die van de Inspectie van het Onderwijs. Wel vindt hij dat de ontdekte screenshot van de lesopdracht niet bijdraagt aan ‘’een inclusieve leeromgeving.’’

Aan het begin van dit jaar circuleerde er op social media screenshots van lesopdrachten voor kinderen waar aan hun gevraagd werd ‘’welk plaatje hoort er niet bij? Sleep het plaatje in de vuilniszak.’’ Volgens raadslid Büyükçifçi was één van de plaatjes die niet in het rijtje thuis hoorde en ‘’dus de vuilniszak in moest, een plaatje met de tekst “Allah” erop. In het Arabisch. Het zoveelste “incident” of “ongelukje” in korte tijd in onderwijsland’’, aldus het raadslid van Nida, dat graag zag dat scholen hier beter op anticipeerden en hier tegen ook daadkrachtiger optraden.

‘’In algemene zin’’, antwoordde de wethouder, ‘’heeft het onderwijs de opdracht maatschappelijke onderwerpen in de klas bespreekbaar te maken en in de les te behandelen. Ook onderwerpen als uitsluiting en discriminatie. Een uitsnede van lesmateriaal kan snel een verkeerde indruk wekken. Het is goed dat scholen kritisch zijn op het lesmateriaal en dit bijstellen als dat nodig is.’’

Het verantwoordelijke bedrijf LOGO3000, dat lespakketten biedt aan basisscholen, zei over het voorbeeld dat dit “per ongeluk” was gebeurd, verwijderde het en bood z’n excuses aan. Wethouder Kasmi vond het daarna te ver gaan om over ‘’dit specifieke geval’’ vervolgens nog eens met de schoolbesturen in gesprek te gaan. Nida had hierom verzocht.

Wel bespreekt Kasmi als onderwijswethouder regelmatig met schoolbesturen de wijze waarop binnen het onderwijs maatschappelijke onderwerpen als discriminatie en uitsluiting worden besproken. Ook het lesmateriaal dat daarbij wordt gebruikt. Dat gebeurt in de sectorkamer.