Het nieuwe dierenopvangcentrum aan de Abraham van Stolkweg – naast het honkbalstadion – is eindelijk na jaren van oponthoud (ambtelijke touwtrekkerij) klaar voor oplevering. Het gebouw heeft binnen bijna 1.100 m2 opvangruimte. De dierverblijven voor honden en katten zijn zoals wettelijk voorgeschreven, opgesplitst in typen opvang isolatie, quarantaine en plaatsingsunits.
• Voor honden zijn er totaal 20 opvangverblijven; 8 plaatsingsverblijven, 4 vooropvang, 4 quarantaine en 4 isolatieplaatsen.
• Voor katten zijn er totaal 40 verblijven; 16 plaatsingsverblijven, 4 vooropvang, 16 quarantaine en 4 isolatieplaatsen voor katten.
• Ook is eerste opvang mogelijk voor onder andere hobbydieren, allerlei vogelsoorten en reptielen. Eerste opvang betekent dat het dier een korte periode in het dierenopvangcentrum verblijft, voordat het naar een gespecialiseerd opvangcentrum wordt gebracht.
Het buitenterrein heeft in totaal vijf trainingsvelden voor honden en een flexibele (buiten)-ruimte voor de eerste opvang van hobbydieren. Er is verder een dierenartsruimte aanwezig voor de dieren in de opvang die medische zorg nodig hebben. Daarnaast is er bij het gebouw een standplaats voor de dierenambulances van de Dierenbescherming.
De konijnen en knaagdieren worden, zoals sinds jaren het geval is, opgevangen bij het Knaagspoor in Ridderkerk. Om te garanderen dat er voldoende capaciteit beschikbaar is voor de Rotterdamse dieren, is er afgesproken dat deze dieren ook in opvangcentra van de Dierenbescherming in de regio opgevangen kunnen worden als dat nodig is.
De dierenlocatie aan de Abraham van Stolkweg bestaat al sinds de eindjaren zestig van de vorige eeuw, maar was op het laatst verwaarloosd. Rotterdammers moesten voor dierenopvang uitwijken naar Spijkenisse.