De wens van de Rotterdamse Partij van de Arbeid om van de jaarlijkse herdenking van het slavernijverleden een lokale vrije dag te maken is niet door de gemeenteraad gehonoreerd. Te duur, vonden de vertegenwoordigers van de vier coalitiepartijen VVD, Leefbaar, Denk en D66, die bij stemming de rijen sloten. Een domper voor met name fractievoorzitter Richard Moti, die het er in zijn pleidooi nog maar eens goed inwreef hoe bruut het slavernijverleden van Rotterdam is geweest.
Dat wil overigens niet zeggen dat Keti Koti op termijn nooit een officiële feestdag zal worden. Maar als het gebeurt dan landelijk. Die suggestie van Denk vond wel genade en kreeg ook steun van de PvdA. Dus zet het Rijk aan het werk. Wel liet PvdA-fractievoorzitter Moti in dat verband in zijn stemverklaring merken dat hij de tussenoplossing van Denk vanwege haar deelname aan de coalitie een beetje draaikonterig vond. Terwijl fractieleider Mohamed-Hoesein van Denk op haar beurt de motie van de PvdA ‘’symboolpolitiek’’ vond en ‘’louter en alleen voor de Bühne.’’
Met meerderheidssteun kreeg Denk ook de handen op elkaar voor een onderzoek onder de Rotterdamse werknemers of ze eigenlijk wel bereid zijn om de kosten voor zo’n vrije dag te dragen. Dat onderzoek moet zich tevens richten op de werknemers van de gemeente Rotterdam, maar aangezien een Leefbaar-wethouder de baas van de ambtenaren is geworden, lijkt het voor de hand liggend dat over zes maanden het antwoord nee zal zijn.