door Jan D. Swart

In het weekend later wegvliegen, zodat de inwoners van Schiebroek, Berkel en Bergschenhoek, in mindere mate Hillegersberg en als de wind verkeerd staat ook die in Schiedam zaterdag- en zondagmorgen kunnen uitslapen. Verder het warmdraaien van vliegtuigmotoren voor de start beperken. Stoppen met zaken- en privévluchten in de nacht en het minimaliseren van het aantal positievluchten in de vroege morgen.

In grote lijnen is dit wat wethouder Vincent Karremans de directie van de Rotterdamse luchthaven per brief heeft meegegeven als resultaat van het (door een oneindig verschil van inzichten excellerende) participatieoverleg. Het is de gulden middenweg. Waarschijnlijk leiden die maatregelen tot een daling van het aantal vliegbewegingen en het voor bewoners draaglijker maken van de situatie, zegt Karremans. Maar hij zegt óók: ‘’We zijn niet blind voor de bedrijfseconomie van de luchthaven.’’

Karremans verder: ‘’De ervaren geluidshinder wordt niet enkel bepaald door de maximale geluidsbelasting, maar is een combinatie van het aantal vliegbewegingen, het tijdstip, de opeenvolging en de geluidsbelasting van een vliegtuig. De luchthaven stelt dat met de inzet van stillere vliegtuigen de geluidsbelasting wordt verlaagd en dat de vrijgekomen geluidsruimte deels kan worden ingevuld met extra vluchten. Maar hier zijn wij het niet mee eens.’’

Als het nieuwe luchthavenbesluit trouwens meer ruimte voor meer vluchten gaat bieden, dan moeten die geconcentreerd worden tussen 9.00 en 21.00 uur. Bij geluidshinder (in feite de enige grote klacht van omwonenden) is er sprake van een slechte nachtrust. Dat beeld komt – aldus Karremans - overeen met de DCM-rapportages die structureel een stijgende trend laten zien met betrekking tot die ervaren hinder.

Wat verder niet ter sprake komt is dat de luchthaven onder de naam Zestienhoven al bestaat sinds 1956 en dat er heel lang – ruim veertig jaar - nooit één noemenswaardige klacht of protest over geluidshinder is geweest. Het zou dus een verkeerd beeld van de werkelijkheid geven als er nu alleen maar klagers in de omringende wijken (steden) zouden wonen. De indruk bestaat dat het vooral de nieuwe bewoners zijn (soms zelfs onder andere namen) die in opstand zijn gekomen, terwijl zij (bij aankoop van hun woning) wisten dat de luchthaven bestond.