Nieuwe privacy-angst D66: slimme lantaarnpalen (IJsselmonde)

9 November 2020, 23:19 uur
Politiek
mainImage
Pixabay
Karremans (links), Arsieni (rechts)

door Jan D. Swart

Terwijl de politie in Rotterdam er alles aan doet om de stad zo veilig mogelijk te maken en VVD-fractieleider Vincent Karremans geen mogelijkheid onbenut laat om het gebruik van camera’s door te drukken in wijken waar het voortdurend hommeles is, blijft D66-raadslid Nadia Arsieni fel tegen al die maatregelen op basis van het toenemende verlies van privacy en sleept haar voltallige fractie in haar nachtangsten mee. Arsieni is bang dat Rotterdam Big Brotherdam wordt, zegt ze.

Haar meest recente nachtmerrie: Nieuwsuur, dat afgelopen maandagavond uitgebreid aandacht besteedde aan de inzet van slimme lantaarnpalen in Rotterdam. Deze lantaarnpalen werken als “slimme ogen en oren van de buitenruimte” en de politie is hiermee in staat om allerlei zaken te kunnen herkennen en te volgen.

Maar recentelijk toonde onderzoek van Amnesty International aan, meldt ze, dat de inzet van zulke instrumenten verregaande gevolgen hebben voor de privacy van mensen, en dat de algoritmes achter deze instrumenten een discriminerende werking zou hebben.

De slimme lantaarnpalen maken onderdeel uit van het Fieldlab Lombardijen “Inbraakvrije wijk”. In het Fieldlab in Rotterdam wordt specifiek onderzoek gedaan naar technologie die ingezet kan worden tegen woninginbraken. In Lombardijen bevindt zich in een aantal lantaarnpalen verschillende sensoren die beweging registreren en geluid herkennen.

Volgens Arsieni leggen deze sensoren (verdachte) bewegingen van mensen vast, die bijvoorbeeld afwijken van het normale loopgedrag. ‘’Dit wordt gecombineerd met geluidsherkenning van onder andere brekend glas. Uiteindelijk moeten deze in het geval van een ‘vreemd en afwijkend’ resultaat uiteindelijk leiden tot signalen waarop actie kan worden ondernomen.’’  

‘’Het gebruik van digitale instrumenten brengt ongekende mogelijkheden met zich mee, maar ook ongekende verantwoordelijkheden’’, aldus Arsieni, die zich zorgen zegt te maken over het toezicht op deze digitale instrumenten en over de algoritmes die hierachter zitten. “Wij willen’’, zegt ze, ‘’van het college weten hoe het toezicht op deze algoritmes is vormgegeven en hoe Rotterdammers zijn geïnformeerd over het gebruik van dit instrument, want als we niet oppassen leven we straks in Big Brotherdam, zonder dat we weten wie ons allemaal kan volgen.”