‘’Een islamitisch offerfeest op een openbare plek in Rotterdam valt onder tot het belijden van een godsdienst of levensovertuiging en heeft zodoende geen aparte vergunning nodig’’. Burgemeester Carola Schouten vindt dus niet dat er op vrijdag 6 juni jl. in het Zuiderpark bij de viering van ‘Eid al-Adha’ overtredingen zijn begaan, maar er kwamen bij de milieudienst Rijnmond wel 55 meldingen van geluidsoverlast binnen. Het offerfeest begon namelijk al om 07,00 uur.

‘’Bewoners uit de omliggende wijken klaagden over luide gebedsoproepen en versterkt geluid via grote luidsprekers. Gezien het aanzienlijke aantal klachten, het vroege tijdstip, en de ontstane maatschappelijke onrust wilde Ellen Verkoelen van de Jongere Ouderen Unie er aanvankelijk een debat over, maar uiteindelijk bleef het bij een brief om op die manier inzicht te krijgen in ‘’de vergunningsprocedure en de motivatie waarom er op basis van de Wet openbare manifestaties (Wom) toestemming verleend was.’’

Maar het offerfeest blijkt niet vergunningsplichtig. Er zijn dan ook geen voorschriften aan verbonden. ‘’De Wom biedt mij drie gronden om een beperking op te leggen aan de manifestatie’’, schrijft Schouten, ‘’te weten ter bescherming van de gezondheid, verder in het belang van het verkeer of ter voorkoming van wanordelijkheden. In dit geval was daar geen reden voor.’’

Wel beloofde de burgemeester in het vervolg een bredere communicatielijn naar de omwonenden.

Tijdens het offerfeest wordt door  moslims het vlees van dieren (meestal schapen) die ritueel (onverdoofd) geslacht zijn gegeten en verdeeld onder armen, buren en familieleden.