Woningcorporaties in Rotterdam kunnen doorgaan met prijsopdrijving bij de verkoop van sociale huurwoningen. De gemeenteraad vindt het overbieden op te koop staande corporatiewoningen een goede zaak. Door belangstellende woningzoekenden te laten bieden boven de vraagprijs krijgen de corporaties meer geld. En dat kunnen ze prima gebruiken om hun woningbezit goed te onderhouden.

Een motie van de SP om het overbieden te stoppen is verworpen. Niet alleen VVD, CDA, D66, maar ook de 'linkse' coalitiepartijen PvdA, GroenLinks en ChristenUnie-SGP stemden tegen. Rotterdams grootste partij Leefbaar Rotterdam (elf zetels) vindt ook dat er niks mis is met doorgaan met overbieden.

Voor woningzoekende starters en middeninkomens verandert er dus niets. Wie op Funda een woning van een woningcorporatie te koop ziet staan, moet er nog steeds vanuitgaan dat er een bod moet worden uitgebracht om kans te maken op aankoop van de woning. Dat is in het nadeel van woningzoekenden met weinig geld, maar dat is dan jammer voor hen, zo redeneert men aan de Coolsingel. Het financieel belang van de corporaties weegt voor de gemeenteraad zwaarder.

In Rotterdam verkopen Woonstad Rotterdam, Havensteder, Woonbron en Vestia jaarlijks een paar honderd woningen. Vooral van Havensteder is bekend dat zij niet schroomt om de hoofdprijs te vragen aan aspirant-kopers. In Vreewijk, waar Havensteder nu nog 5000 sociale huurwoningen heeft, gaat de corporatie de komende jaren een grote uitverkoop houden. Twintig procent van die 5000 moet uiterlijk in 2030 verkocht, dan wel geliberaliseerd zijn.