PvdA Rotterdam verwijt Havenbedrijf onrechtmatig handelen

5 September 2021, 12:03 uur
Politiek
mainImage

De fractie van de Partij van de Arbeid in Rotterdam vindt dat het Havenbedrijf met een verklaring moet komen waarom het de bemanning van twee in de Waalhaven aan de ketting gelegde olietankers onmogelijk heeft gemaakt om te repatriëren. Daar hadden de zeelui volgens raadslid Tak recht op omdat ze twee maanden lang onbetaald zijn gebleven.

De International Transport-workers Federation (ITF), die uiteindelijk de bijstand aan de zeevarenden mogelijk maakte waardoor ze alsnog konden worden gerepatrieerd, spreekt in dit verband van ‘’schending van de mensenrechten.’’ Dat verwijt heeft het Havenbedrijf Rotterdam nog maar zelden aan z’n broek gehad en daar moet - vindt de PvdA - opheldering over komen.

Het Havenbedrijf had een bestuursrechtelijk bevel overhandigd aan de kapiteins van de schepen en die hield in dat het grootste deel van de bemanning aan boord moest blijven op grond van veiligheidsoverwegingen. ‘’Deze zeevarenden zijn dus niet alleen door hun werkgevers in de steek gelaten, maar zijn ook met een beperking van hun vrijheid door het Havenbedrijf Rotterdam geconfronteerd’’, aldus Tak, die vindt dat die maatregel niet in de haak is geweest.

Bovendien wil hij dat havenwethouder Van Gils, die ook wethouder van Financiën is en dus de potjes beheert, zich sterk maakt voor een compensatie aan de getroffen zeelui.