De organisatie van het Internationaal Film Festival Rotterdam (IFFR) verkeert financieel in zwaar weer. Na twee edities met beperkende coronamaatregelen is er aanmerkelijk minder budget, zodat de organisatie heeft laten weten de personeelskosten met 15 procent te gaan reduceren.
Voor de fractie van de PvdA in Rotterdam is dit bijna onverteerbaar, juist omdat de culturele sector toch al zo zwaar getroffen werd door de pandemie. Navraag leerde raadslid Engberts bovendien dat er door Rotterdam aan de IFFR tot en met februari noodsteun is verstrekt om de continuïteit te waarborgen. ‘’Hoe kan het dan dat deze organisatie op dit moment in financieel zwaar weer verkeert?’’, is de vraag die hij per brief aan wethouder Kasmi heeft gestuurd.
De PvdA wil getallen zien. Dus hoeveel verkregen noodsteun van Rotterdam, en hoeveel van het Rijk?
Het drukken van de personeelskosten heeft er onder andere toe geleid dat alle (senior)programmeurs bij het IFFR zijn ontslagen. Ook vernam Engberts dat er vervolgens programmeurs op zzp-basis terug worden gevraagd. ‘’Maar het huren van zzp’ers is vaak duurder dan het aanstellen van vast personeel. En daarbij’’, aldus Engberts, ‘’stelt het IFFR dat er zich bedrijfseconomische problemen voordoen in de organisatie. Dit duidt ons inziens op een tegenstelling.’’