Het Rijk heeft ingestemd met het aanbod van Rotterdam om 2.500 opvangplaatsen te realiseren onder de Spreidingswet. Tot en met 31 januari kan daar nog formeel bezwaar tegen worden ingediend, maar het stadsbestuur van Rotterdam gaat dit niet doen. Dat betekent dat er 2.465 opvangplaatsen worden gerealiseerd op de Silja en opvangschepen en 35 amv-opvangplaatsen aan de Walenburgerweg.
Bij de verdeling heeft het Rijk op basis van de wet gekeken naar een evenwichtige verdeling over provincies en gemeenten in Nederland, waarbij zij zoveel mogelijk rekening houdt met de SES-WOA-score op gemeenteniveau. Deze score geeft in één oogopslag weer hoe de gemeente, wijk of buurt scoort ten opzichte van andere gemeenten, wijken of buurten.
Ook de duur en grootte van asielopvang die gemeenten eerder aanboden is van belang, net als de aanwezigheid van bijzondere opvangplekken binnen de gemeenten, bijvoorbeeld voor minderjarige asielzoekers (amv). De minister van Asiel bepaalt eens per twee jaar of een gemeente en provincie voldoende mensen afnemen.
Voor de hele provincie Zuid-Holland was de opgave 19.776 opvangplaatsen, waarvan 6.441 opvangplaatsen voor de regio Rotterdam-Rijnmond. Om te komen tot een sluitende verdeling van de provinciale opvangopgave moet er een restopgave van 1.351 reguliere opvangplaatsen en 754 amv-opvangplaatsen worden ingevuld voor de provincie Zuid-Holland. De volgende gemeenten uit onze regio, Rotterdam-Rijnmond, zijn voor een deel van de restopgave Zuid-Holland aangewezen in het verdeelbesluit: Albrandswaard, Lansingerland, Maassluis, Nissewaard, Schiedam en Voorne aan Zee.