Rotterdam richt zich op uitbuiting mannelijke sekswerkers

1 June 2023, 06:30 uur
Politiek
mainImage
Ingezonden

Het stadsbestuur van Rotterdam ziet er geen heil in om meer tijd en middelen in te zetten om de omvang van de mannelijke seksbranche te onderzoeken. Het ligt volgens zorgwethouder Ronald Buijt niet in de lijn der verwachting dat dit in een nieuw onderzoek wél goed in beeld te brengen is. Hij geeft in overweging om verder te bouwen op de inzichten uit bestaande onderzoeken en de verdieping te zoeken op uitbuiting van (jonge) mannelijke sekswerkers.

Mogelijk dat er morgen tijdens de gemeenteraadsvergadering gekozen zal worden voor een speciale focus op de meest kwetsbare groepen (jonge) mannelijke sekswerkers zoals dak- en thuisloze sekswerkers; sekswerkers zonder werk- of verblijfsvergunning en de LHBTIQ+-sekswerkers.

Hoewel een van de doelstellingen was om meer inzicht te krijgen in de omvang van mannelijk sekswerk in Rotterdam, blijft het aantal mannelijke sekswerkers moeilijk in te schatten. Over de omvang wordt in het laatste rapport (*) dan ook geen uitspraak gedaan. Uit het onderzoek komt wel naar voren dat sommige mannelijke sekswerkers al op jonge leeftijd starten met sekswerk.

Aanbod en matching vinden veelal plaats via gespecialiseerde websites, dating platforms en sociale media. Bijna alle mannelijke sekswerkers werken onvergund. De respondenten gaven aan verschillende positieve effecten te hebben van het sekswerk. Onder andere financiële onafhankelijkheid. Het voornaamste negatieve effect dat werd benoemd is het sociale en maatschappelijke stigma waar zij als beroepsgroep onder lijden; de gevoelens van angst die dit met zich meebrengt en de gevaarlijke situaties die hieruit kunnen voortkomen. Bij gewelddadige incidenten gaven respondenten aan te aarzelen over het inschakelen van de politie uit angst voor repercussies of niet serieus te worden genomen.

Ook werd aangegeven dat betaalde sekscontacten vanuit jonge mannen niet altijd vrijwillig zijn, of dat omstandigheden na verloop van tijd kunnen veranderen, waarbij vrijwilligheid op enig moment kan omslaan naar uitbuiting.  Een significant deel van de respondenten liet weten dat zij sekswerk doen omdat zij beperkte andere opties hebben om (voldoende) inkomen te genereren. Dit bijvoorbeeld omdat zij geen verblijfsstatus hebben waarbij arbeid is toegestaan of omdat zij hoge lasten hebben door een hoge huur of schulden.

Naast het risico op grensoverschrijdend gedrag en geweld door klanten, ervaren de sekswerkers een toenemend gezondheidsrisico door de vraag naar ‘chemseks’ (seks onder invloed van drugs/middelengebruik). Niet alleen lopen sekswerkers een risico op afhankelijkheid van middelen, maar ook het risico op soa’s wordt door chemseks vergroot, als gevolg van risicovoller seksueel gedrag.

Onderzoeksrapport:

https://expertisecentrum-mensenhandel-jeugdprostitutie.nl/wp-content/uploads/2018/06/Rapport-Jongenprostitutie-2015-2017-Expertisecentrum-Mensenhandel-en-jeugdProstitutie.pdf