De toestand in het Midden Oosten en de daarmee samenhangende studentendemonstraties en twitterpolarisatie in Nederland hebben ook het Rotterdamse stadhuis bereikt. Uit een briefwisseling tussen burgemeester Aboutaleb en raadslid Soytekin van Denk blijkt dat ook ambtenaren zich op socialmedia hebben geroerd met standpunten, die mogelijk buiten de gedragscodes vallen. Ze zijn daarover aangesproken. De fractie van Denk wil daar in tweede instantie hom of kuit over.

Het gaat er Soytekin om met welke argumentaties die gesprekken met de ambtenaren zijn gevoerd en of er actief naar social media activiteiten van ambtenaren gekeken is dan wel of er meldingen ontvangen zijn? Onbekend is of het pro Palestijnse dan wel pro Israel-standpunten waren. 

Vorige maand vroeg Soytekin, die recent opriep om als Rotterdam alle banden met het Israëlische regime te verbreken, per brief aan Aboutaleb: 'Mag je nog opkomen voor de rechten van Palestijnen, zonder een veroordeling?'

In relatie tot standpunten van ambtenaren antwoordde de burgemeester toen zich ervan bewust te zijn dat de samenleving en het werk niet altijd los van elkaar staan. ‘’We willen met elkaar troost, steun en een luisterend oor bieden aan iedereen die daar behoefte aan heeft. Hiervoor zijn verschillende structuren in de gemeentelijke organisatie ingericht. Een werknemer kan zich altijd rechtstreeks tot een interne of externe vertrouwenspersoon wenden. Men kan uiteraard ook terecht bij leidinggevenden of het bedrijfsmaatschappelijk werk.’’

En verder: ‘’Het staat eenieder vrij om gedachten en gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. Hetzelfde geldt voor medewerkers binnen de gemeentelijke organisatie. Voor ambtenaren van de gemeente Rotterdam geldt daarnaast ook de 'gedragscode voor werknemers van de gemeente Rotterdam', zoals opgenomen in het personeelshandboek, en de richtlijnen voor privégebruik van social media.’’

En toen kwam de zin: ‘’In enkele gevallen zijn gesprekken gevoerd met ambtenaren naar aanleiding van het gebruik van social media in relatie tot de situatie in het Midden-Oosten.’’