Het was na het vertrek van het luidruchtige Rotterdamse raadslid Stephan van Baarle geruime tijd rustig in de gelederen van de politieke beweging Denk in het kader van de discriminatiebestrijding, maar nu de resultaten van de Veiligheidsmonitor 2023 toch weer een negatief beeld geven van de landelijke politie vindt ook zijn partijgenoot Soytekin dat hij de kersverse aanmerking van het Centraal Bureau voor de Statistiek handen en voeten moet geven met een reminder aan burgemeester Aboutaleb. In de Veiligheidsmonitor staat namelijk dat ‘’jonge mannen met een migratieachtergrond meer discriminatie ervaren door de politie.’’

‘’Mensen die zelf - of van wie een of beide ouders - in het buitenland geboren zijn, zeggen dat ze vaker gecontroleerd zijn door de politie dan mensen met een Nederlandse herkomst. Ook voelen ze minder vaak dat de politie hen toen rustig, respectvol en correct heeft behandeld. Verder denken ze vaker dat hun afkomst, huidskleur of uiterlijk een reden was voor die controle’’, citeert Soytekin, die sinds Denk deel uitmaakt van het huidige stadsbestuur (met Leefbaar, VVD en D66) het onderwerp discriminatie niet meer driewekelijks inzet als corebusiness zoals zijn Rotterdamse voorgangers Van Baarle en Kuzu dat deden.

Wel vraagt hij burgemeester Aboutaleb of die met hem eens is dat de signalen over een toegenomen ervaren discriminatie onder jonge mannen met een migratieachtergrond zeer verontrustend zijn? Ook al biedt de veiligheidsmonitor – geeft Soytekin eerlijk toe - geen enkel inzicht in de individuele cijfers van Rotterdam. Daarom wil hij ze via de burgemeester te weten komen.