Robert Simons reed vannacht happy naar huis. Dat huis is in Nesselande, dus kon hij onderweg nog even een kwartiertje nagenieten van de stabilisatie van Leefbaar in Rotterdam. Zelfs een volle procent gestegen. Opnieuw 11 zetels.
De oud stuurman op de grote vaart – Rotterdamser kan bijna niet bij Simons – keek terug op 15 debatten, twee keer zoveel interviews, 300.000 flyers en 6000 borden met z’n hoofd erop. Een hoofd dat lijkt op dat van Pim Fortuyn, maar dat is toeval.
‘’We hebben er alles aangedaan en we hebben stand gehouden’’, zei hij aan het begin van de nacht, waaraan een avond in een besloten établissement voor maatschappelijke verkeer op het Stadshuisplein en een overwiningsbezoek aan de Burgerzaal aan vooraf was gegaan. ‘’Zonder landelijke financiële steun, alles met blote handen, met onze eigen mensen, en per saldo zijn we allemaal amateurs. Maar ik zeg je eerlijk: dat versterkt het tevredenheidsgevoel. Dit slaapt lekker vannacht.’’
Vijf maanden lang spookte het door zijn hoofd: de wens om met Leefbaar veruit de grootste te blijven in Rotterdam. ‘’En dan leef je best een paar dagen in de wolken als Maurice de Hond zegt dat er een stijging inzit naar pakweg 13 zetels, maar daar staat tegenover dat we vanaf het eerste begin hebben gezegd en gehoopt: als we maar ruimschoots de grootste worden. En dat is gelukt met hetzelfde aantal zetels.’’
Leefbaar Rotterdam gaat nu voor een plek in het college. Het wil verantwoordelijkheid nemen voor het beleid. ‘’En ik heb er alle vertrouwen in dat dit gaat lukken op basis van deze uitslag’’, aldus Simons, die zegt donderdag met een vingertje langs de landelijke uitslagen te zullen gaan lopen om te kijken of er in de G4 nog een lokale partij is die 21% van de stemmen bijelkaar harkte.