Het Rotterdamse verkeerscirculatieplan en alle mobiliteitsprojecten worden in het vervolg overzichtelijker, begrijpelijker en frequenter gecommuniceerd naar de bewoners. Met die belofte komt verkeerswethouder Lansink-Bastemeijer tegemoet aan de wens van de jeugd van Volt, die ook inziet dat de doorstroming in de stad een complete chaos aan het worden is sinds de hoofdader (het Maastunneltracé) één verkeersbaan heeft moeten inleveren voor een spatje minder CO2.
Rotterdam werkt momenteel hard aan zo’n verkeerscirculatieplan: een verzameling info hoe fietsers, voetgangers, trams, bussen en auto's zich allemaal tegelijkertijd door de stad verplaatsen.
Om kosten te besparen gaan de verkeersambtenaren de bewoners van de stad voorlichten via voornamelijk hun eigen kanalen: het Wijknieuws en MijnRotterdam. Af en toe wel ondersteund door middel van trotters en abri's (reclamezuilen) in de huisstijl van Gemeente Rotterdam, bewonersbrieven of bijeenkomsten. Met als voorwaarde: in begrijpelijke taal.
In het verkeerscirculatieplan staan maatregelen om de circulatie van het verkeer (doorstroming) in een wijk aan te passen met als doel minder doorgaand autoverkeer dwars door een wijk, en vaker routes om een wijk heen te leiden. ‘’Het verkeer in de wijken wordt daardoor veiliger en er komt meer plek voor voetgangers, fietsers en meer groen. Ook ontstaat er zo meer plek om bijvoorbeeld meer (nieuwe) woningen te bouwen’’, aldus wethouder Lansink-Bastemeijer.
Dagelijks rijden veel mensen met de auto via die ene bekende route naar werk, huis of voorzieningen. ‘’Veel Rotterdammers denken er niet (meer) over na. Totdat die route verandert door een nieuwe verkeerscirculatie in de stad. Daarom is het belangrijk dat we bewoners, ondernemers en andere stakeholders actief informeren over de veranderingen’’, zegt de wethouder. ‘’Welke routes veranderen er? Kan ik nog steeds naar huis, werk, dokter of de winkel gaan? Per wanneer moet ik dan een andere route rijden? Welk effect heeft dit op mijn straat/wijk? Wordt er rekening gehouden met andere gebiedsontwikkeling in mijn wijk?’’