'We zijn geen campingbeheerder'

10 December 2020, 21:06 uur
Politiek
mainImage
1935

door Jan D. Swart

Raadslid Stephan Leewis van GroenLinks maakte in het raadsdebat over de aanstaande verkoop van het ooit door Koningin Wilhelmina aan de gemeente Rotterdam geschonken Oude- en Nieuwe Kamp in Hoek van Holland de opmerking dat de helft van de huisjeseigenaren inmiddels geen Rotterdammer meer is.

Het klonk alsof hij wilde zeggen: waar maken we ons eigenlijk druk over? Kan. Maar mogelijk bedoelde hij met zijn opmerking: misschien is het fair om straks bij de voorwaarden van de koop een keurige selectie te maken van de oudste rechten. Dus bij de aankomende Europese aanbesteding tegen de kandidaatkopers te zeggen: sorry, maar er zijn huisjes bij die in erfopvolging het Wilhelmina-stempel hebben. En daar maken we wel even andere regels voor.

‘’We zijn als Rotterdam geen campingbeheerder’’, had wethouder Bas Kurvers gezegd. Dat was reuze eerlijk, ook héél erg VVD, aan de andere kant wel ’n beetje minderwaardig en ook zeker niet in de lijn van de emotie waarmee de plotselinge wens tot verkoop van dit park is omgeven. 

Het gaat hier om een erfstuk diep uit de vorige eeuw. Het is een park met achternamen die als eiken zwaar geworteld zijn in de historie van de stad: Moulijn, Everse, Valkhoff, Van Gorp. Het kan geen toeval zijn dat Nida en Denk gisteren als enige twee Rotterdamse politieke partijen niet eens aan het debat deelnamen. Het bevestigde de oer-reputatie van een stuk grond aan zee. Dus geen recreatiepark, nee, het Oude- en Nieuwe Kamp. Niet in Hoek van Holland,  nee, in De Hoek.

Ellen Verkoelen (50Plus) en Benvenido van Schaik (Leefbaar) hadden als ouderen in de raad dan ook zwaar de smoor in. Vooral toen al snel duidelijk werd dat de insteek was: eerst principieel vaststellen dat verkopen de beste optie is en pas daarna de voorwaarden waaronder. 

''Voor geen goud, nooit'', vond het tweetal. Maar dat was wel wat de wethouders Kurvers (VVD) en Kasmi (D66) samen met hun batterij aan ambtenaren afgelopen zomer hadden bedacht en pas twee dagen na het sluiten van de camping per brief hun voornemen hadden kenbaar gemaakt. Het blijft sneeky. 

En zodoende bleef er voor de raadsleden van de coalitiepartijen weer niets anders dan zich in alle vreemde bochten te wringen om zo overtuigend mogelijk tegen de meekijkende 1100 eigenaren van de huisjes te zeggen dat de twee wethouders toch het beste met hun bezit voor hebben. Of het lukte, was een tweede. Want kort ervoren had Van Schaik van Leefbaar het proces gekarakteriseerd als een uitzending van Tros Opgelicht en had hij woorden gebruikt als ‘’schandalig en schofterig.’’

Leefbaar, SP, PvdD, 50Plus en PVV eisten eerst volledig overleg met de bewoners en daarna pas een stemming over het principebesluit of er wel of niet verkocht zou mogen worden. Dus vooraf luisteren en geen voldongen feiten achteraf. Walgenbach (D66) wilde het andersom en de altijd braaf meehobbelende twee christelijke partijen ook en de gevoelsonwetendheid werd zelfs humor toen VVD-leider Karremans riep dat zijn raadslid Van Groningen vrijdag ‘’lekker met de Hoekselijn’’ naar Hoek van Holland zou rijden om er met de bewoners te praten.

‘’Die zijn er niet, meer Karremans’’, riep Van Schaik. ‘’Het park is gesloten.’’