In Rotterdam neemt de gemeenteraad donderdag het definitieve besluit of de stad in 2021 alsnog gaststad wil zijn van het Eurovisiesongfestival. Vanwege de coronapandemie besloot de European Broadcasting Union (EBU) om het songfestival, dat op 12 tot en met 16 mei in Rotterdam zou plaatsvinden, te verplaatsen naar volgend jaar.
De organisatie wil voor eind april weten of de stad bereid is ook dan toneel te zijn van het muziekfestijn. Als de gemeente besluit om geen extra middelen uit te trekken, hebben de omroepen nog tot half mei de gelegenheid om een alternatief te bedenken en heeft een andere gaststad voldoende tijd om het evenement te organiseren.
De gemeente Rotterdam maakte al 8,1 miljoen euro kosten als gaststad, waarvan maximaal 6,7 miljoen euro niet wordt gedekt door de verzekering als het songfestival in 2021 in Rotterdam doorgaat. Het Rotterdamse college heeft de gemeenteraad gevraagd dat geld ter beschikking te stellen, onder meer voor de huur en beveiliging van Ahoy, het aankleden van de stad met vlaggen en dergelijke en de aanbesteding van Eurovision Village. Dat is de naam van de officiële fanzone die op de Binnenrotte zou komen.
Als een andere stad gaststad wordt, lopen de kosten voor de gemeente vanwege de al gemaakte contractafspraken mogelijk verder op. Vanuit de politiek is er steun om de editie van volgend jaar te organiseren en ook hoofdlocatie Rotterdam Ahoy, dat wel wat evenementen moet verschuiven, heeft laten weten voorstander te zijn.