Feyenoord doet het ook goed in Europa. De formatie van coach Arne Slot won op eigen veld van Slavia Praag, wat de eerste zege in de groepsfase van de Conference League betekende. In de Kuip werd het 2-1. Feyenoord, in de Eredivisie ook al weken op dreef, had eerder gelijkgespeeld bij Maccabi Haifa (0-0).

Na 24 minuten leidde Feyenoord al met 2-0. Orkun Kökçü opende de score. De Turkse middenvelder schoof de bal in het doel na een pass van Luis Sinisterra. Bryan Linssen maakte er 2-0 van. De spits kopte raak op aangeven van Tyrell Malacia, de linksachter.

De ongeslagen kampioen van Tsjechië kwam aanvankelijk nauwelijks aan voetballen toe. Daarvoor was de druk die Feyenoord zette veel te groot. Er waren al voor rust mogelijkheden op meer treffers, onder meer bij pogingen van Guus Til en Sinisterra.

Vooraf had Slot dat al aangegeven. Hij sprak van ploegen die beide het initiatief wilden hebben. Feyenoord trok onmiskenbaar geheel volgens de filosofie van de trainer het spel naar zich toe. Vooral in het eerste deel werd Slavia voortdurend opgejaagd.

Na de hervatting veranderde het spelbeeld. Feyenoord was niet in staat in het hoge tempo het offensieve spel voort te zetten. De tegenstander ging bovendien beter voetballen. Tomáš Holeš kopte daardoor de 2-1 in, na een voorzet uit een vrije trap van Petr Ševcík.

Daarna kreeg Feyenoord het lastig. Met name Ivan Schranz kreeg een uitgelezen mogelijkheid op de gelijkmaker, maar zag Malacia dat vermoedelijk met meer geluk dan wijsheid voorkomen.

In de stand van de groep leidt Feyenoord, met een punt voorsprong op Slavia Praag en Union Berlin.