door Jan D. Swart
Het is vandaag 60 jaar geleden dat Sparta kampioen van Nederland werd dankzij een overtuigende 0-4 overwinning op DWS-Amsterdam in het Olympisch stadion. Rechtshalf Ad Verhoeven, spits Joop Daniëls (2x) en rechtsbinnen Wim van der Gijp – de vader van de toen nog niet geboren René – scoorden de vier doelpunten en brachten de totale seizoenscore voor de Spartanen na 32 competitiewedstrijden op 80, met slechts 25 doelpunten tegen.
Eén jaar vóór het behalen van de nationale titel had Sparta de KNVB-beker gewonnen, overigens zonder de beroemde Rinus Terlouw. Hij was in februari 1958 met voetballen gestopt.
Er waren op 18 mei 1959 vijfduizend supporters van Sparta in Amsterdam, de meeste vervoerd in de 50 aanwezige supportersbussen. Rechtshalf Ad Verhoeven speelde de wedstrijd niet uit. Hij moest het veld met een hoofdwond per brandcard verlaten.
Het door de Brit Denis Neville (1915-1995) getrainde en gecoachte Sparta, met Piet de Visser als assistent, speelde een seizoen lang vrijwel in dezelfde opstelling en bovendien in het destijds nog gebruikelijke 3-2-5 systeem: met in de vijfmansvoorhoede twee binnenspelers. Daarom was het zo opvallend, dat Sparta – met een driemansverdediging - slechts 25 doelpunten tegen kreeg.
Sparta speelde gedurende een volledig seizoen over het algemeen in deze opstelling: Adries van Dijk (doel); Freek van der Lee (rechtsback), Janny Schilder (stopperspil), Bep Zaal (linksback), Ad Verhoeven (rechtshalf), Hans de Koning (linkshalf), Tonny van Ede (rechtsbuiten), Wim van der Gijp (rechtsbinnen), Joop Daniëls (middenvoor), Piet de Vries (linksbinnen), en Tinus Bosselaar (linksbuiten).
Pim Visser viel als rechtsback het vaakst in. Jan Villerius, Joop Schop en Cor Hendriks slechts enkele keren. Tonny van Ede was de oudste speler van het elftal, toen al 35 jaar. Ook Joop Daniëls en Wim van der Gijp waren dertigers. Van de overige Sparta-spelers was Bep Zaal met 26 jaar de oudste. Zaal was aan het begin van het seizoen bij toeval naar de linksback geparachuteerd. In Feyenoord en Hermes DVS) speelde hij linksbuiten.
Van het kampioenselftal van Sparta waren alleen Tonny van Ede, Tinus Bosselaar, Andries van Dijk en Piet de Vries clubjongens. De andere spelers waren van elders overgekomen: Verhoeven, Visser, Van der Lee en Villerius (van Xerxes), Van der Gijp (Emma), Daniëls (SVV), Zaal (Hermes DVS), Schilder (Volendam) en De Koning (Oympia).
Gedurende het succesvolle seizoen 1958-59 haalde Piet de Vries het Nederlands elftal en speelden De Koning, Van der Lee, Schilder en Verhoeven vrijwel alle wedstrijden mee in het zogenaamde Nederlands B-elftal: een soort 2e Oranje. Dat fenomeen is later opgeheven. Tinus Bosselaar was in de jaren vijftig regelmatig speler van het Nederlands elftal (17 keer).
Van het kampioenselftal van Sparta zijn alleen Piet de Vries (80), Janny Schilder (82) en Freek van der Lee (81) nog in leven. Ad Verhoeven stierf al in 1976 bij een auto-ongeluk op de dijk bij Kralingseveer en in 1984 kwam ook Andries van Dijk bij een verkeersmanoeuvre met de auto om het leven: tussen Krimpen aan den IJssel en Berkenwoude.