Elfde eeuws Rottahuis nagebouwd

19 August 2019, 15:48 uur
Algemeen
mainImage
Gemeente Rotterdam

Op het terrein van het Educatief Archeologisch Erf in Vlaardingen wordt het zogenaamde Rottahuis nagebouwd. Daar waar nu de Markthal staat in Rotterdam, legden medewerkers van de afdeling Archeologie plattegronden bloot van zes huizen die daar stonden. De huizen zijn gebouwd tussen ongeveer 950 en 1050. Deze plattegronden, maar ook andere sporen en resten die gevonden zijn, laten zien hoe de mensen in die tijd leefden. De jongste boerderij is gebouwd in circa 1015 en kreeg de naam Rottahuis. De herbouw van het Rottahuis zal in oktober klaar zijn. De officiële onthulling is tijdens de Nationale Archeologiedagen, van 11 tot en met 13 oktober.

Het Rottahuis was een klein onderkomen, een zogenaamde prestedelijke woning met twee ruimtes. Er was een leefplek voor de bewoners met een haard, waar ze waarschijnlijk woonden, aten en sliepen. Maar er was ook een ruimte voor huishoudelijke en ambachtelijke activiteiten. Het huis heeft een werkplaats waar ze gereedschap maakten, potten bakten of andere werkzaamheden uitvoerden. De herbouw van het Rottahuis is iedere zondag van 12.00 tot 15.00 uur te zien bij het Educatief Archeologisch Erf in Vlaardingen. En ook als er vrijwilligers aan het werk zijn, bent u van harte welkom.

Uit archeologische grondboringen bleek dat op de locatie van de Markthal bewoningssporen uit de tijd van Rotta aanwezig waren. Hoe die sporen er precies uitzagen was op dat moment nog onduidelijk. Dankzij de opgraving is dat nu bekend: in de bodem lagen de resten van maar liefst zes opeenvolgende huizen gebouwd op een terp. Deze sporen, die ruim duizend jaar oud zijn, bevonden zich zo’n tien meter onder het maaiveld. Onderzoek van de afdeling Archeologie laat zien dat de inwoners van Rotta vanaf de negende eeuw hun woningen bouwden op lichte verhogingen aan weerszijden van de Rotte. Dit riviertje stroomde ter plaatse van de huidige Binnenrotte, om bij de Wijnhaven uit te monden in de Maas. In Rotta woonden boeren: ze leefden van akkerbouw en veeteelt en dreven waarschijnlijk ook handel.