Rotterdamse cafés (70) – Stobbe

12 April 2020, 13:24 uur
Algemeen
mainImage

door Joris Boddaert

Anno 1930 telde Rotterdam 1400 cafés en was daarmee koploper in ons land. Dorstige lieden konden in dat jaar langs de 430 meter lange Schiedamsedijk in maar liefst 80 kroegen terecht. ‘De Dijk’ was – werkelijk waar – één van de meest alcoholische plekken van Europa. Thans existeren er in 010 nog altijd zo’n 625 cafés. Rotterdam heeft altijd een rijke kroegcultuur geteld. De stad heeft tal van aantrekkelijke etablissementen en in het verleden was dat niet anders. Het is altijd leuk om terug te kijken. Daarom iedere week aandacht voor een kroeg uit het recente verleden.

Eerste biertje

Als jochie van 15 jaar bezocht ik café Stobbe (officiële naam: café Rozenburg) aan de Kortekade. Het taplokaal was drie á vier minuten fietsen van mijn ouderlijk huis. In Stobbe dronk ik mijn eerste cafébiertje. Natuurlijk dronk ik al eerder mijn eerste slokjes pilsner in huiselijke kring. Mijn twee oudere broers zorgden er in ons ouderlijk huis (Laan van Woudestein 27) wel voor dat ik werd ingelijfd in het gilde der bierdrinkers. Dat moet in 1959 zijn geweest.

Trouwens tijdens de klassenavonden van het Rotterdams Lyceum werd het gerstenat eveneens voorzichtig geproefd (ouders wisten van niks). Het bewuste Stobbe-jaar 1960 kan ik fotografisch ondersteunen. Wij zien een jeugdige Anton Stobbe (met wit overhemd) en tegenover hem staat vaste bardame Tinie. Haar tasje hangt aan een spijker aan de toog. Tussen hen in staat Gijs Surie, tóen wonend aan de Vijverlaan. Het fotootje heb ik rond het jaar 2000 gekregen van Antons dochter Marian. Ik heb het kiekje altijd gekoesterd in mijn privéarchief.

Zestig jaar!

1960…2020. Hoe grappig, wij zijn zestig jaar verder sedert het openen en sluiten van ‘het oog’ van de camera. Fijn idee dat de caféplek, daar aan de Kortekade, nog steeds hevig in trek is. Het CAFE (in kapitale letters) blijft voor mij een fascinerend fenomeen. Wat ben ik toch een bevoorrecht  mens dat ik een ‘paar fragmenten’ van het Rotterdamse caféleven met tekst en vooral illustraties mag vast leggen.

Een échte bierdrinker ben ik nooit geworden. En ook geen ‘vaste jongen’. Vanwege de crisis kan ik nu geen empirisch onderzoek doen. Soit, het doet mij weinig. Ik weet zeker dat de goede oude tijden met een VOLLE kroeg weer terugkomen. Wanneer? Ik houd het op 15 juli a.s. Als journalist moet ik realistisch blijven. Enne, het inmiddels mythische begrip ‘anderhalve meter’ zal nog jaren lang door miljoenen hoofden blijven spoken. Wie kon dat nieuwjaarsdag 2020 voorspellen? Het is en blijft een raadselachtige wereld.

Wie geïnteresseerd is in de Rotterdamse cafégeschiedenis en wellicht nog de nodige info heeft wendde zich tot Joris Boddaert. Hij schreef vier dikke caféboeken (salontafelformaat). In 2020 verschijnt deel vijf. [email protected] of 06-18849644.