door Jim Friederich
Met nul euro subsidie maar een flinke dosis passie en doorzettingsvermogen werken ruim honderd vrijwilligers zeven dagen per week aan Isaak & de Schittering, een stichting met drie voedselwinkels. Twee op Zuid en één in Noord. De enige supermarkten in Rotterdam waar minderbedeelden voor een paar euro met een overvolle boodschappentas naar huis gaan. ''Tien euro hier is vijftig euro bij de Albert Heijn'', zegt voorzitter Tresi Barros.
Barros richtte de stichting in 2012 op. Het was crisis. Steeds meer mensen gingen gebukt onder de economische recessie. ‘’Ik vond dat ik iets moest doen, het was hard nodig en het was een droom van me. We zijn echt vanuit het niets begonnen. Dagenlang spraken we bezoekers van supermarkten aan om producten aan onze stichting te doneren. Dat werd gedaan, maar het duurde lang voordat we een voorraad hadden ingezameld. We vonden dat het sneller moest gaan en gingen dus op zoek naar intensievere samenwerkingen met supermarkten zelf.’’
Die samenwerkingen zijn gelegd. Vrijwilligers rijden elke dag in vijf bussen rond. Van 10.00 uur ’s ochtends tot 22.00 uur ’s avonds halen zij producten op. ‘’Onze chauffeurs rijden een vaste route, maar het gebeurt vaak dat supermarktmanagers bellen om snel op te komen halen, voordat het weggegooid wordt. Dan passen we de planning aan.’’
Honderden mensen per dag bezoeken de drie filialen op het Kreekplein, de Vinkenbaan en in de Jacob Loisstraat. ‘’We zijn meer dan een simpele supermarkt waar men een goedkope boodschap doet. We zijn bijna een ontmoetingsplek. Mensen praten hier met elkaar en vinden het fijn om even bij ons langs te gaan.’’
Niet alle producten hoeven overigens afgerekend te worden. Broden zijn bijvoorbeeld gratis. Er worden er dagelijks minimaal tweeduizend uitgedeeld. En als men even krap bij kas zit, hoeft er ook niet betaald te worden. ''Niemand gaat hier zonder eten weg. Vanmiddag sprak ik een mevrouw die vertelde dat ze haar uitkering pas op de twintigste krijgt gestort, maar nu al door haar uitkering van de vorige maand heen is. Deze mevrouw krijgt gewoon boodschappen mee. Dan maar geen vijftig cent voor een pakje broodbeleg.''
Iedereen is welkom in de filialen, of je nu arm of rijk bent. Toch ziet Tresi vooral mensen met een kleine beurs over de vloer komen: ‘’Als je hier in een dikke BMW komt aanrijden ben je ook welkom. We sluiten niemand uit. Maar dat gebeurt eigenlijk nooit. Mensen begrijpen dat wij er echt zijn om de arme Rotterdammer te helpen.’’
De organisatie draait op volle toeren. Isaak & de Schittering voorziet in een behoefte. Toch zijn er nog meer wensen. ‘’Ik zou het fantastisch vinden als we een vierde filiaal kunnen openen, zodat we nóg meer mensen kunnen helpen’’, hoopt ze. ‘’Waar die vestiging dan moet komen, geen idee. Maar het is logisch dat we dat op een plek doen waar de behoefte het grootst is. Niet in Kralingen of Hillegersberg dus.’’
Ook hoopt Barros om naast de voedselwinkels ook een blijf-van-mijn-lijf huis te openen in Rotterdam. ‘’Ja dat zou ik bijzonder mooi vinden. Een plek waar Rotterdamse vrouwen, die gevlucht zijn van een agressieve man, met kinderen even kunnen verblijven om op adem te komen voordat zij een nieuw leven starten. Als me dat zou lukken durf ik echt te zeggen: ik heb mijn taak op aarde vervuld. Dan mag God me roepen en ga ik naar huis.’’