door Jan D. Swart
Locoburgemeester Bert Wijbenga en politiekorpschef Frank Paauw hebben maandagavond met passende woorden stil gestaan bij de deportatie van honderden Joodse inwoners van Rotterdam tijdens de Tweede Wereldoorlog.
De plechtigheid werd bijgewoond door ruim honderd mensen, van wie velen familieleden zijn van Holocaust-slachtoffers.
Vanaf de Tabaksloods 24 aan de Stieltjesstraat vertrokken vanaf 30 juli 1942 in totaal acht treinen naar de Duitse en Poolse vernietigingskampen van de nazi’s. In totaal zijn er ruim 1200 Joden op transport gezet, met als wrang detail dat zij zelf hun treinkaartje moesten betalen. Het is het even pijnlijke als beroemde verhaal dat de Rotterdamse onderwijzer Maup Frenk al vanaf de begin zestiger jaren en vervolgens tot aan zijn pensioen in 1979 aan zijn duizenden leerlingen vertelde.
Er moesten zich in totaal ongeveer 2000 Rotterdamse Joden melden bij die achterste schuur van het Vrij Entrepotterrein aan de Stieltjesstraat. 800 deden dit niet. Maup Frenk was er één van. Na de oorlog - als hoofdonderwijzer van onder meer de Van Ruiven-ULO en Van Oldenbarneveld-HBS - gaf hij wekelijks Tweede Wereldoorlogles zonder dat het op het schema stond. Hij deed het samen met zijn collega Goudswaard, die voor godsdienstles was aangenomen, maar daar vrijwel niet aan toekwam.
Maup (Mozes) Frenk (1914-1990), zoon van een Rotterdamse voddenman, ontkwam trucsgewijs aan de deportatie omdat hij in 1940 getrouwd was met een niet Joodse vrouw. Dat geluk hadden zijn ouders niet. Zij stapten bij loods 24 op de trein en werden vermoord in Sobibor.
Maup Frenk, die merkwaardigerwijs Duitse les gaf op zijn scholen, is een belangrijke initiatiefnemer van 'Herinnering Loods 24'. Hij wilde er de evenknie van de Hollandse Schouwburg van maken. In 1988 schaarde het college van B&W in Rotterdam zich achter dit initiatief.
Ook besloot men de straten in dit te ontwikkelen gebied “Joodse” straatnamen te geven. Zo kwam de door de Straatnamencommissie zorgvuldig bewaarde naam Helmersstraat (de gebombardeerde hoofdstraat van de Rotterdamse Joodse buurt) niet terug in de buurt van het Weena, maar op Zuid. En verder pleitte Maup Frenk ervoor om in dit gebied de gewone Jood te herdenken, want “98 procent van de slachtoffers'', zei hij altijd, ''bestond uit arme donders”.
Maup Frenk had 3 kinderen, 2 zoons en een dochter. Zij emigreerden alle drie ruim - ver voor zijn dood - naar Israël. Van twee kinderen is inmiddels bekend dat zij niet meer in leven zijn.
[caption id="attachment_44408" align="alignnone" width="2100"] Zo zagen de loodsen eruit op het Vrij Entrepotterrein aan de Stieltjesstraat. Dit is niet loods 24, maar loods 19. Gefotografeerd door Lex de Herder van het Rotterdams Nieuwsblad.[/caption]
[caption id="attachment_44410" align="alignnone" width="2100"] Achter deze muur bevond zich de binnenplaats van Loods 24 - zodat niemand zag wat er gebeurde. Foto: Lex de Herder.[/caption]
Loods 24-herdenking - dank Maup Frenk
31 July 2018, 00:48 uur
Algemeen