Bij seksuele uitbuiting heeft 73% van daders migratieachtergrond

11 June 2024, 16:55 uur
Politiek
mainImage
ANP

Uit een recent onderzoek van de nationaal rapporteur mensenhandel blijkt dat twee derde (67%) van de daders van binnenlandse seksuele uitbuiting geboren is in Nederland en 33% in het buitenland. Deze percentages komen volgens de Rotterdamse zorgwethouder Ronald Buijt overeen met een rapport van het Centrum tegen Kinder- en Mensenhandel uit 2021.

In beide nota’s is niet gekeken naar nationaliteiten en ook niet naar dubbele nationaliteiten, heeft Buijt aan de fractie van Leefbaar Rotterdam laten weten. Wel is gebleken dat 73% van de daders binnen binnenlandse seksuele uitbuiting een migratieachtergrond heeft, waarbij zijzelf in het buitenland zijn geboren of een ouder hebben die in het buitenland geboren is. Bij andere vormen van criminaliteit ligt dit percentage op 45%.

Raadslid Aafjes-Van Aalst had hier specifiek om gevraagd omdat zij in het dagblad de Gelderlander weer in een ander rapport had gelezen dat bijna 90% van de daders van seksuele uitbuiting een migratieachtergrond zou hebben. Het percentage ligt dus lager, maar niettemin rijkelijk hoog.

Het onderzoek van het Centrum tegen Kinder- en Mensenhandel, dat Buijt aanhaalt en dat van de nationaal rapporteur mensenhandel betreffen landelijke onderzoeken, specifiek gericht op binnenlandse seksuele uitbuiting, en betreffen dus niet alleen de gemeente Rotterdam.

 ‘’Naar de oververtegenwoordiging van (dubbele) nationaliteiten onder daders/verdachten van seksuele uitbuiting is in Rotterdam niet eerder onderzoek naar gedaan. Maar het is ook geen taak van de gemeente om (dubbele) nationaliteiten bij te houden van daders of slachtoffers’’, aldus Buijt.

De belangrijkste risicofactoren in de jeugdige jaren van daders van binnenlandse seksuele uitbuiting zijn volgens het rapport van de nationaal rapporteur mensenhandel dat daders vaker opgroeien in gezinssituaties die als complex en/of instabiel kunnen worden ervaren. Daders van binnenlandse seksuele uitbuiting groeien vaker Op in een eenoudergezin (68%), pleeggezin (20%) en/of in een instelling (26%) dan daders van criminaliteit in het algemeen en personen die geen delicten plegen. Verder valt op dat 9 op de 10 daders van binnenlandse seksuele uitbuiting een criminele ouder, (half)broer en/of (half)zus, en/of (ex)partner heeft.

Er is geen onderzoek gedaan om te kijken of de cijfers over de migratieachtergrond van de slachtoffers overeenkomen met de cijfers over de migratieachtergrond bij daders.