Hoever kunnen ouderen en mensen die slecht ter been zijn een loopafstand overbruggen naar een halte van de tram, bus of metro? De jonge energieke verkeerswethouder in Rotterdam gaat uit van 600 meter, terwijl de Jongere Ouderen Unie van Ellen Verkoelen 400 meter ‘’het matje’’ vindt. Ook omdat dit de algemeen geldende landelijke gehanteerde loopafstand is die acceptabel gevonden wordt.

Morgen tijdens de gemeenteraadsvergadering in Rotterdam hoopt Verkoelen steun te krijgen van andere politieke partijen om wethouder Karremans ervan te kunnen overtuigen dat in het nieuwe vervoersplan echt 400 meter moet komen te staan en niet de strafmars van 600 meter. ‘’Laten we er geen uitputtingsrace van  maken’’, zegt Verkoelen, ‘’doe dat de ouderen van Rotterdam niet aan.’’

In haar motie vraagt ze de verkeerswethouder bovendien om een overzicht aan te leveren van al die locaties met een loopafstand naar een ov-halte van meer dan 400 meter.

Verkoelen (voorheen 50Plus): ‘’Het is al erg genoeg dat de inwoners van Rotterdam zich zorgen moeten maken over het verdwijnen van tram- en buslijnen en het opheffen van haltes, dat mensen in hun eigen buurt geen haltes meer hebben, dat het veelal verschrikkelijk onveilig is in het openbaar vervoer, dus maak het nou niet allemaal nog onaantrekkelijker. Zowel de sociale component van het ov als de fysieke toegankelijkheid moet honderd procent in orde zijn.’’