Raadslid Ellen Verkoelen van de Jongere Ouderen Unie heeft het stadsbestuur van Rotterdam gevraagd om samen met onderzoekers van de Erasmus Universiteit en andere partners te bezien welk vervolgonderzoek er verdiepend mogelijk is naar motieven, omstandigheden en sociale factoren van plegers van seksuele straatintimidatie. Vanavond wordt er in de gemeenteraad over gestemd.
Als de motie wordt aangenomen, zullen de resultaten vertaald moeten worden naar beleid, preventie en handhaving. Dat is de toegevoegde opdracht. ‘’Seksuele straatintimidatie is geen kattenkwaad, maar een agressieve vorm van geweld. Het maakt onze openbare ruimte onveilig’’, aldus Ellen Verkoelen.
De cijfers spreken voor zich. In Rotterdam steeg het aantal meldingen via de StopApp van 241 in 2023 naar 635 in 2024. Met de invoering van de nieuwe Wet Seksuele Misdrijven, die seksuele intimidatie strafbaar stelt, worden dit jaar zelfs meer dan duizend meldingen verwacht. Verkoelen: ‘’Niet omdat het probleem ineens groter is, maar omdat slachtoffers eindelijk durven te melden. In de hoop dat het ook echt helpt.’’
Toch realiseert zij zich dat zonder consequente handhaving en zichtbare sancties de nieuwe wet een papieren tijger is. Gelukkig loopt Rotterdam voorop. Het aantal boa’s in Rotterdam is uitgebreid van 13 naar 23, ‘’maar bij duizend meldingen meldingen is dat nog steeds onvoldoende. Slachtoffers moeten voelen dat hun melding serieus wordt opgepakt. En plegers moeten direct weten: dit kan niet, dit mag niet, dit heeft gevolgen.’’
Dat is de reden om te willen investeren in de lange adem. In preventie, in onderwijs en in opvoeding. ‘’Ouderbijeenkomsten, lespakketten en campagnes die plegers direct aanspreken zijn daarbij onmisbaar. Zodat jongeren leren dat respect de basis is, voor vrouwen, voor LHBTI’ers, voor elkaar. Juist nu omdat we een nieuwe trend zien van jonge mannen die zich spiegelen aan figuren als Andrew Tate en de zogeheten tradvrouwen, die vrouwonvriendelijke ideeën normaliseren’’, zegt Verkoelen.
‘’Die rolmodellen versterken een cultuur waarin respect afbrokkelt en intimidatie wordt gelegitimeerd. Daarvoor is inzicht in de motieven van plegers nodig.’’