Rechter verwijt Havensteder huurder een loer te draaien

7 August 2024, 18:39 uur
Politiek
mainImage
Google Maps
Gebouw Havensteder

Havensteder is door de rechter op de vingers getikt. De Rotterdamse woningcorporatie probeerde begin dit jaar van een huurder, die een forse betalingsachterstand had, een bedrag van 5383 euro aan achterstallige huurpenningen te vorderen. 

Volgens de Rotterdamse kantonrechter mevrouw mr. Poiesz was dat bedrag echter veel te hoog. Zij heeft in een vonnis, uitgesproken op 12 juli, de door Havensteder berekende huurachterstand met 1934 euro verlaagd. Dat komt ‘omdat op de huurovereenkomst een oneerlijke huurprijswijzigingsbepaling van toepassing is’.

Citaat uit het vonnis: “Dit bedrag is dus te veel aan huur berekend voor de woning. De kantonrechter stelt de huurachterstand tot en met april 2024 daarom vast op € 3.444,94. [gedaagden] worden hoofdelijk veroordeeld om dit bedrag aan Havensteder te betalen." Die gedaagden zijn de twee huurders van de woning. Met hen is een betalingsregeling getroffen. Ze moeten 350 euro extra op een huur van 763 euro betalen, totdat de schuld is afgelost. Voldoen zij daar niet aan, dan wordt de huurovereenkomst ontbonden. 

De kantonrechter verwijt het Havensteder dat zij ‘in de inleidende dagvaarding een te hoog bedrag heeft gevorderd, terwijl zij had kunnen en moeten weten dat haar vordering voor een deel afgewezen zou worden, omdat de huurprijswijzigingsbepaling in de overeenkomst oneerlijk is (artikel 237 lid 1 Rv). Het had dan ook Havensteder van tevoren duidelijk moeten zijn dat zij haar vordering te hoog heeft ingezet’.

Havensteders oneerlijke huurverhogingen leidden er de afgelopen jaren toe dat de huur ten onrechte steeg naar 982 euro. Dat is dus (982 min 763 is) 219 euro meer dan de - eerlijke - huur. 

Link naar het vonnis https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:RBROT:2024:6455&showbutton=true&keyword=10963162%2BCV%2BEXPL%2B24-5977&idx=1