De Rotterdamse Partij van de Arbeid acteert – met het oog op de komende Provinciale Statenverkiezingen op 15 maart – het hardst over de veel te hoge salarissen die er in de loop der jaren uitbetaald zijn (en nog steeds worden) aan in totaal 18 topfunctionarissen van het Havenbedrijf. Het lijkt het persoonlijke verkiezingsthema te zijn geworden van raadslid Co Engberts, die nota bene in de periode 2028-2022 de lokale fractievoorzitter was van de PvdA die met twee wethouders zitting had in het stadsbestuur. Toen zweeg de PvdA, terwijl de jaarcijfers van het Havenbedrijf ter inzage lagen.  

Gedurende die vierjarige periode was eerst de omstreden wethouder Adriaan Visser (D66) de havenwethouder en vervolgens – na zijn aftreden – partijgenoot Arjan van Gils. Ook toen betaalde men op het hoofdkantoor van het Havenbedrijf op de punt van de Wilhelminakade al ‘’bakken met geld’’ – de uitdrukking die Engberts nu in tijden van verkiezingsretoriek herhaalt.

‘’Bakken met geld, buiten de cao. En zelf vertrekt Castelein als topman met zijn zakken vol geld en praat dat goed met allerlei dingen die voor heel veel andere publieke organisaties ook gelden. De man leidt aan waanzinnige zelfoverschatting’’, aldus Engberts gisteren nog een keer op twitter.

Eerder zei Engberts: ‘’Veel Rotterdammers die hard werken hebben moeite met het betalen van de rekeningen. De PvdA strijdt strijdt voor een eerlijke verdeling van inkomens. Hier is het laatste woord dus nog niet over gezegd.’’

De vertrekkende topman Castelein bleek in 2021 622.303 euro te verdienen. Het huidige Balkenende-norm is 223.000 euro, en het college wil daaraan nu vasthouden.

De gemeente Rotterdam is voor het grootste deel aandeelhouder van het Havenbedrijf. Het Rijk heeft een minderheidsaandeel. De hoge salarissen waren in de collegeperiode - met de PvdA – ook bekend.