door Jan D. Swart

Ruud van der Velden, de fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in Rotterdam, kan er met z’n pet niet bij dat zijn succesvolle motie om geen vergunning te verlenen aan drijvende boerderij met kippen aan de Gustoweg door de ambtenaren niet wordt uitgevoerd. Weliswaar vooralsnog niet, maar meestal is zo’n voorbehoud een eerste signaal naar een definitief nee.

Toch hoopt de Partij voor de Dieren dat het nooit zover zal komen, want kippen op een drijvende boerderij, daarvan zeggen dierenvrienden: dat is totale gekkigheid. Zij vinden in algemene zin bovendien dat het bezwaar tegen dit soort moderne verzinsels door het publiek breder gedragen zou moeten worden.  

Het is niet de eerste keer dat Rotterdam met een vreemd idee ramptoerisme oppookt. Sinds mei 2019 bestaat er al een floatingfarm in de Merwehaven. Ook toen hebben dierenvrienden zich tegen de komst van die onnatuurlijke locatie voor zeekoeien verzet.

Die kritiek hield ook aan. Prompt viel de eerste koe dit jaar in het water, omdat men vergeten was een hek te sluiten. Het verschil tussen een koe die vanuit een weiland in een sloot terecht kwam en een koe die voor z’n leven moet zwemmen in het open water van een haven met stroming, is een angstaanjagend gezicht. Op het stadhuis zullen er weinig ambtenaren van de afdeling Buitenruimte bij stilstaan.

Het actuele koude argument om de motie van de Partij van de Dieren voorlopig met het water weg te spoelen is dat het stadsbestuur ‘’op voorhand geen activiteiten of bedrijven uitsluit.’’

De officiële lezing verwijst saai naar de Algemene Wet Bestuursrecht, artikel 4.5. (*) Succes met lezen. U wordt er niet vrolijk van. 

In Rotterdam heeft men het vaak over de terugkeer naar de menselijke maat. Die zou prioriteit zou moeten hebben boven de kille wetsregeltjes waar het stadsbestuur (in nood) vaak naar verwijst als het in de knel komt. Een diervriendelijke maat is nog niet genoemd. Ook nog niet gevonden. Men behoeft soms maar naar de uitdrukking op het gezicht van raadslid Ruud van der Velden en burgerraadslid Jaap Rozema te kijken om een bevestiging te krijgen van wat zij denken: het zou wel tijd worden.

Ooit liet burgemeester Bram Peper tegen alle regels, wetten, politiebazen en ambtenaren in Perron 0 door de mariniers schoonvegen omdat het er stonk, omdat het er vuil was, gevaarlijk, mensonvriendelijk en de injectienaalden er om voorrang streden. Meer zeg ik niet.