Burgemeester Aboutaleb heeft Leefbaar Rotterdam laten weten dat als hij opnieuw zou moeten besluiten tot invoering van een mondkapjesplicht in de buitenlucht dat hij als voorzitter van de veiligheidsregio zelfstandige bevoegdheden heeft, die gebaseerd zijn op de aanwijzing van de minister en ‘’dat de gemeenteraad aan de voorkant dus geen formele bevoegdheid heeft.’’

Hij zet daarmee even de zaak op scherp omdat Leefbaar hem in een brief had verweten dat hij ‘’zijn verhaal over de steun van ondernemers voor de zomerse mondkapjespilot continu bijstuurt in de richting die hem op dat moment het beste uitkomt.’’

Om niet al te solistisch te willen overkomen voegt Aboutaleb aan die zelfstandigheid toe, dat hij uiteraard belang hecht aan een goede informatie aan het hoogste orgaan van de gemeente en dat hij dit ook veelvuldig heeft gedaan door het delen van de coronamemo’s van onder mee de GGD. ‘’En ook over de pilot met de niet medische mondkapjes heb ik u ook vooraf geïnformeerd. Daarnaast ben ik altijd bereid om met u het debat over de maatregelen aan te gaan.’’

Op het hardere verwijt van raadslid Simons dat de burgemeester gefrustreerd overkwam bij het vorige coronadebat en dat hij bij de tijdelijke mondkapjesplicht in delen van de stad ''nul komma nul steun'' van de ondernemers had ervaren, terwijl hij eerder had gezegd dat die steun er wel was, over dat verwijt was Aboutaleb kort en zakelijk. ‘’Ik heb in actualiteitenraad aangegeven al lang voorstander te zijn van het preventief gebruik van niet-medische mondkapjes, maar dat ik afgelopen zomer weinig steun heb ervaren vanuit de raad voor de pilot met de mondkapjesplicht. Daarbij heb ik vermeld dat ik initieel steun van de ondernemers heb ervaren voor de pilot, maar dat deze steun gedurende de pilot afnam.’’

Als men de lengte van het geschreven verwijt afmeet naar de lengte van het antwoord, is duidelijk dat de burgemeester weinig trek meer had in deze discussie.