Er zijn in Rotterdammers voorstanders van het gebruik van pesticiden als toevoeging om op een effectieve en goedkope manier het onkruid te bestrijden in de stad. Ook zouden ze liever kiezen voor biologische oplossingen zoals bacteriën tegen de eikenprocessierups.

Raadslid Van Schaik is één van die voorstanders omdat hij zich iedere zomer blijft ergeren aan het torenhoge onkruid in de stad en blijft roepen dat sinds wethouder Wijbenga verantwoordelijk is voor de buitenruimte ‘’Rotterdam een jungle aan de Maas is geworden.’’

Sinds 2016 mocht de gemeente vanwege nieuwe landelijke wetgeving geen gebruik meer maken van pesticiden om onkruid te bestrijden en stapte over naar andere methoden, zoals borstelen, branden, stomen of het gebruiken van heet water. ‘’En deze relatief dure methoden worden nog steeds gebruikt’’, zegt Van Schaik. ‘’Maar het is naast duur ool nop eens minder effectief en niet efficiënt. Sommige plekken zijn namelijk lastig te bereiken met deze methoden waardoor het onkruid vaak blijft staan.’’

Van Schaik heeft Wijbenga per brief herinnerd aan de rechterlijke switch en hoopt dat de VVD-wethouder ‘’nu geen groene beren meer ziet’’ om de stad komende zomer schoon te houden. Hij wil de ouderwetse bestrijdingsmiddelen terug onder het motto: het gezicht wil ook wat.